– having regard to its resolutions of 13 December 2001 on the WTO meeting in Qatar, of 25 September 20
03 on the Fifth WTO Ministerial Conference in Cancún, of 12 May 2005 on the assessment of the Doha Round following the WTO General Council Decision of 1 August 2004, of 6 July 2005 on the Global Call to Action: Making Poverty History, of 1 December 2005 on the preparations for th
e Sixth Ministerial Conference of the WTO in Hong Kong, of 23 March 2006 on the de
velopment impact of ...[+++]Economic Partnership Agreements (EPAs), of 4 April 2006 on the assessment of the Doha Round following the WTO Ministerial Conference in Hong Kong, of 1 June 2006 on trade and poverty: designing trade policies to maximise trade's contribution to poverty relief, and of 7 September 2006 on the suspension of negotiations on the Doha Development Agenda (DDA),– onder verwijzing naar zijn resoluties van 13 december 2001 over de bijeenkomst van de Wereldhandelsorganisatie in Qatar, van 25 september 2003 over de vijfde ministersconferentie van de WTO te Cancún, van 12 mei over de evaluatie van de Doha-Ontwikkelingsronde na het besluit van de Algemene Raad van de WTO van 1 augustus 2004, van 6 juli 2005 over de wereldwijde oproep voor een actie tegen de armoede: laat armoede tot het verleden behoren, van 1 december 2005 over de voorbereiding van de zesde ministersconfer
entie van de WTO te Hong Kong, van 23 maart 2006
over de invloed van economische ...[+++] partnerschapsovereenkomsten (EPO’s) op de ontwikkeling, van 4 april 2006 over de evaluatie van de Doha-ronde na de ministersconferentie van de WTO in Hong Kong, van 1 juni 2006 over handel en armoede: naar een handelsbeleid dat de bijdrage van de handel aan armoedebestrijding maximaliseert en van 7 september 2006 over de opschorting van de onderhandelingen over de Ontwikkelingsagenda van Doha (DDA),