'Watercraft' in this Directive means boats from 2.5m to 24m in length and covers 'recreational craft' (motor boats and sailing yachts including those equipped with inboard or outboard engines) and 'personal watercraft', essentially water scooters, clarifying that these are now also covered by the rules.
Onder "vaartuigen" worden in deze richtlijn boten van 2,5 tot 24 m lang bedoeld. Het gaat om "pleziervaartuigen" (motorboten en zeiljachten, al dan niet met binnen- of buitenboordmotor) en "waterscooters", met de verduidelijking dat ook die laatste voortaan onder de voorschriften vallen.