Human-machine interfaces shall be designed, built, maintained and operated in such a way so that the tasks given to the controller are consistent with human capabilities in both normal and degraded modes of operation in a way compatible with required safety levels.
Mens/machine-interfaces moeten op zodanige wijze worden ontworpen, gebouwd, onderhouden en gebruikt dat de aan de verkeersleider gegeven taken consistent zijn met de menselijke capaciteiten, zowel onder normale als onder minder goede operationele omstandigheden, op een wijze die verenigbaar is met de vereiste veiligheidsniveaus.