It found, furthermore, that three aspects of the reform were materially selective: first, the requirement that a company must make a profit before it becomes liable to payroll tax and BPOT, since that requirement would favour companies which make no profit; secon
d, the cap limiting liability to payroll tax and BPOT to 15% of profits, since that cap would favour companies which, for the tax year in question, have profits that are low in relation to their number of employees and their occupation of business property; and, third, the payroll tax and BPOT, since those two taxes would inherently favour companies which have no real physical
...[+++]presence in Gibraltar.Voorts was zij van mening dat drie aspecten van de belastinghervorming materieel selectief waren: ten eerste, de voorwaarde dat een onderneming winst moet maken om belastingplichtig voor de personeelsbelasting en de BPOT te zijn, omdat deze voorwaarde de ondernemingen bevoordeelt die geen winst maken; te
n tweede, het plafond van 15 % van de winst dat geldt voor de verschuldigdheid van de personeelsbelasting en de BPOT, omdat dit plafond de ondernemingen bevoordeelt die in het betrokken belastingjaar weinig winst maken in verhouding tot hun aantal werknemers en hun gebruik van bedrijfsruimten; ten derde, de personeelsbelasting en de BPO
...[+++]T, omdat die belastingen naar hun aard de ondernemingen bevoordelen die niet werkelijk fysiek aanwezig zijn in Gibraltar.