Examples are interest (D.41) and dividends (D.421) received by mutual funds from the investments they have made and which are allocated but not distributed to shareholders (see paragraphs 4.49. b and 4.54. b), reinvested earnings on direct foreign investment (D.43) and property income attributed to insurance policy holders (D.44) in case of individual life insurance policies not taken out under social insurance schemes.
Voorbeelden hiervan zijn rente (D.41) en dividenden (D.421) die beleggingsfondsen ontvangen uit de beleggingen die zij hebben verricht en die bestemd zijn voor, maar nog niet zijn uitgekeerd aan de aandeelhouders (zie de punten 4.49b en 4.54b), ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen (D.43) en inkomen uit vermogen toegerekend aan polishouders (D.44) in geval van individuele levensverzekeringen die niet zijn afgesloten in het kader van sociale-verzekeringsregelingen.