As regards the revocation of refugee status, the Court holds that a person loses that status when, following a change of circumstances of a significant and non-temporary nature in the third country concerned, the circumstances which had justified the person’s fear of persecution no longer exist and he has no other reason to fear being persecuted.
Wat de intrekking van de vluchtelingenstatus betreft, is het Hof van oordeel dat iemand zijn vluchtelingenstatus verliest wanneer, na een ingrijpende en niet-voorbijgaande verandering van omstandigheden in het betrokken derde land, de omstandigheden die ten grondslag lagen aan zijn vrees voor vervolging niet meer bestaan en hij niet om andere redenen behoeft te vrezen voor vervolging.