3. Notwithstanding paragraph 2, where goods referred to in paragraph 1 (a) are, on entry into the Community, placed under one of the arrangements referred to in Article 16 (1) (B), under arrangements for temporary importation with total exemption from import duty or under external transit arrangements, the place of import of such goods shall be the Member State within the territory of which they cease to be covered by those arrangements.
3. In afwijking van lid 2, vindt, wanneer een in lid 1, onder a), bedoeld goed vanaf het binnenkomen in de Gemeenschap onder een van de in artikel 16, lid 1, onder B, bedoelde regelingen, onder een regeling voor tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrechten of onder een regeling voor extern douanevervoer wordt geplaatst, de invoer van dat goed plaats in de Lid-Staat op het grondgebied waarvan het goed aan die regelingen wordt onttrokken.