Vertaling van "vaccine against foot-and-mouth disease " (Engels → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

vaccine against foot-and-mouth disease
inenting tegen mond-en-klauwzeer

vaccine used against foot-and-mouth disease
entstof tegen mond-en-klauwzeer

foot-and-mouth disease vaccine | foot-and-mouth vaccine | FMDV [Abbr.]
mond-en-klauwzeervaccin

foot-and-mouth disease
mond- en klauwzeer

Enteroviral lymphonodular pharyngitis Foot-and-mouth disease Tanapox virus disease Yaba pox virus disease
lymfonodulaire faryngitis door enterovirus | Tana-pokken | voet- en mondziekte | Yaba-pokken

Foot and mouth disease virus
Mond-en-klauwzeervirus

Hand, foot and mouth disease
hand-, voet- en mondziekte

Hand foot and mouth disease
handvoetmondziekte

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

have been vaccinated against foot-and-mouth disease at least 30 days prior to the collection, in which case 5 % (with a minimum of five straws) of each semen collection shall be submitted to a virus isolation test for foot-and-mouth disease with negative results;
ten minste 30 dagen vóór de spermawinning tegen mond-en-klauwzeer zijn ingeënt, in welk geval bij 5 % van elke winning (minimaal vijf rietjes) met negatief resultaat een virusisolatietest op mond-en-klauwzeer moet zijn verricht;

In accordance with Council Decision 91/666/EEC of 11 December 1991 establishing Community reserves of foot-and-mouth disease vaccines (3), stocks of antigens have been established for the express formulation of vaccines against foot-and-mouth disease.
Overeenkomstig Beschikking 91/666/EEG van de Raad van 11 december 1991 betreffende de vorming van communautaire reserves van mond-en-klauwzeervaccins (3) zijn voorraden antigeen voor de snelle aanmaak van vaccins tegen mond-en-klauwzeer aangelegd.

The dispatch from one Member State to another Member State of animals of susceptible species vaccinated against foot-and-mouth disease shall be prohibited.
Tegen mond- en klauwzeer gevaccineerde ziektegevoelige dieren mogen niet van de ene lidstaat naar de andere worden verzonden.

5. Milk and milk-based products from third countries or parts of third countries listed in column C of the Annex to Decision 95/340/EC where there has been an outbreak of foot-and-mouth disease in the last 12 months or where vaccination against foot-and-mouth disease has been practised in the last 12 months must, before introduction on to Community territory, have undergone either:
5. Melk en producten op basis van melk die worden ingevoerd uit in kolom C in de bijlage bij Beschikking 95/340/EG vermelde derde landen of delen daarvan waar zich in de loop van de twaalf voorafgaande maanden een uitbraak van mond- en klauwzeer heeft voorgedaan of waar in de twaalf voorafgaande maanden tegen mond- en klauwzeer is ingeënt, moeten, vóór zij op het grondgebied van de Gemeenschap worden binnengebracht, een van de volgende behandelingen hebben ondergaan:

- having regard to the report "Strategy for emergency vaccination against foot and mouth disease", adopted on 10 March 1999 by the Scientific Committee on Animal Health and Animal Welfare,
- onder verwijzing naar het verslag over de strategie voor noodvaccinatie tegen mond- en klauwzeer, dat het Wetenschappelijk comité voor de gezondheid en het welzijn van dieren op 10 maart 1999 heeft goedgekeurd,

D. whereas vaccination does not necessarily have to lead to culling, given the new technology of NSP tests that can differentiate between infection and vaccination, as described in the 'Strategy for emergency vaccination against foot and mouth disease' adopted on 10 March 1999,
D. overwegende dat vaccinatie niet noodzakelijk tot het afmaken van gezonde dieren moet leiden, dit dankzij de nieuwe technologie van NSP-tests ("non-structural proteins") die een onderscheid kunnen maken tussen infectie en vaccin, zoals beschreven in het op 10 maart 1999 goedgekeurde verslag over de strategie voor noodvaccinatie tegen mond- en klauwzeer,

to reflect on a proposal on the movement of animals and animal products in and out of an area which has been subjected to emergency vaccination, based on the Guidelines of Chapter 7 of the report 'Strategy for emergency Vaccination against foot and mouth disease' adopted on 10 March 1999;
na te denken over een voorstel betreffende het vervoer van dieren en dierlijke producten in, van en naar een gebied waar tot noodvaccinatie is overgegaan, op grond van de richtsnoeren in hoofdstuk 7 van het op 10 maart 1999 goedgekeurde verslag over de strategie voor noodvaccinatie tegen mond- en klauwzeer;

(4) New Caledonia has during the last 12 months been free from foot-and-mouth disease and rinderpest; no vaccinations have been carried out against any of these diseases for the past 12 months, and the importation of animals vaccinated against foot-and-mouth disease is forbidden.
(4) Nieuw-Caledonië is sedert twaalf maanden vrij van mond- en klauwzeer en van runderpest, in de voorbije twaalf maanden is niet tegen deze ziekten ingeënt en invoer van tegen mond- en klauwzeer ingeënte dieren is verboden.

(1) Whereas Directive 90/429/EEC requires a test for foot-and-mouth disease to be applied pending the introduction of a Community policy to combat foot-and-mouth disease; whereas this policy has been introduced and vaccination against foot-and-mouth disease ceased in 1991, and the test is no longer necessary;
(1) Overwegende dat bij Richtlijn 90/429/EEG is voorgeschreven dat, totdat een communautair beleid inzake de bestrijding van mond- en klauwzeer is ingevoerd, een test voor de opsporing van mond- en klauwzeer moet worden verricht; dat dit beleid intussen is ingevoerd en dat sedert 1991 niet meer tegen mond- en klauwzeer wordt ingeënt, en dat de test derhalve niet langer noodzakelijk is;

1. where the animals come from a third country which has been free of foot-and-mouth disease for at least two years, which has not practised vaccination for at least 12 months and which does not allow on to its territory animals which have been vaccinated less than one year previously, a guarantee that they have not been vaccinated against foot-and-mouth disease;
1. indien de dieren afkomstig zijn uit een derde land dat sedert ten minste twee jaar vrij is van mond- en klauwzeer, waar sedert ten minste twaalf maanden géén inenting plaatsvindt en dat geen dieren op zijn grondgebied toelaat die in de laatste twaalf maanden zijn ingeënt, moet worden gegarandeerd dat de betreffende dieren niet tegen mond- en klauwzeer zijn ingeënt;