In that regard, the Court holds that the rules on the freedom of movement for workers must be interpreted as not precluding the Member State of last employment from refusing, in accordance with its national law, to grant unemployment benefit to a wholly unemployed frontier worker whose prospects of reintegration into working life are best in that Member State, on the ground that he does not reside in its territory, since, in accordance with the provisions of the Regulation, the applicable legislation is that of the Member State of residence.
In dit verband oordeelt het Hof dat de regels betreffende het vrije verkeer van werknemers aldus moeten worden uitgelegd dat zij niet eraan in de weg staan dat de lidstaat van de laatste werkzaamheden overeenkomstig zijn nationale recht weigert om aan een volledig werkloze grensarbeider die in die lidstaat de beste kansen op re-integratie in het beroepsleven heeft, een werkloosheiduitkering toe te kennen op grond dat die werknemer niet op zijn grondgebied woont, aangezien volgens de bepalingen van de verordening de wetgeving van de woonlidstaat van toepassing is.