Des liquides intraveineux additionnels (p. ex. glucose, sel ou dextran) doivent être administrés prudemment sous surveillance hémodynamique afin d'éviter une surcharge cardiaque.
Bijkomende intraveneuze vloeistoffen (bijv. glucose, zout of dextran) dienen voorzichtig onder hemodynamische supervisie te worden toegediend om overbelasting van het hart te voorkomen.