Traduction de «Med 2008;168 1950-60 » (Français → Néerlandais) :

Med 2008; 168:1950-60]. Ces résultats ont été confirmés dans une étude randomisée récente menée chez des patients ayant été hospitalisés en raison d’un infarctus aigu du myocarde ou pour un pontage coronarien: après 12 mois, les pourcentages de sevrage étaient de 54% dans le groupe traité de manière intensive et de 35% dans le groupe n’ayant bénéficié que d’une intervention minimale [Can Med Ass J 2009; 180:1297-1303].
werden omwille van acuut myocardinfarct of voor coronaire bypassoperatie: na 12 maanden bedroegen de stoppercentages 54% in de intensief behandelde groep versus 35% in de groep met de minimale interventie [Can Med Ass J 2009; 180:1297-1303].

Les auteurs concluent que, même pour une intervention mineure en pratique ambulatoire, le risque de complication hémorragique lié à la poursuite du traitement doit toujours être mis en balance avec le risque thrombo-embolique lié à l’interruption de celui-ci [ Arch Intern Med 2008; 168: 63-9 ].
De auteurs besluiten dat, zelfs voor een mineure ingreep in de ambulante praktijk, het risico van bloedingscomplicaties door het voortzetten van de behandeling, altijd moet afgewogen worden tegen het trombo-embolisch risico door het stoppen ervan [ Arch Intern Med 2008; 168: 63-9 ].

Par ailleurs, il ressort d’une étude cas-témoins que des traumatismes mineurs (p. ex. ruptures musculaires ou ligamentaires), notamment au niveau des membres inférieurs, sont également associés à un risque accru de thrombose veineuse [odds ratio 5,1; intervalle de confiance à 95% 3,9 à 6,7] [ Arch Intern Med 2008; 168: 21-6 ].
Uit een patiënt-controlestudie blijkt dat mineure trauma’s (bv. spier- of ligamentruptuur), vooral ter hoogte van de onderste ledematen, eveneens geassocieerd zijn aan een verhoogd risico van veneuze trombose [odds-verhouding 5,1; 95 %-betrouwbaarheidsinterval van 3,9 tot 6,7] [ Arch Intern Med 2008; 168: 21-6 ].

Pour les sulfamidés hypoglycémiants, les glinides et la pioglitazone, on n’a pas trouvé de différences par rapport aux autres antidiabétiques oraux ou au placebo; la rosiglitazone pourrait donner de moins bons résultats au niveau cardio-vasculaire, mais il ne s’agit là que d’une tendance [Arch Int Med 2008; 168:2070-80].
Voor de hypoglykemiërende sulfamiden, de gliniden en pioglitazon werden geen verschillen gevonden vergeleken met andere orale antidiabetica of placebo; rosiglitazon is mogelijk slechter op cardiovasculair vlak, maar het gaat hier enkel om een trend. [Arch Int Med 2008; 168:2070-80]

Evolution du coût moyen par bénéficiaire de 2006 à 2008 (2006 = 100) FEmmes - HOmmes Âge Régime général Régime indépendant Total non-BIM BIM Total Total général 0 à 9 ans 110,28 110,15 86,14 89,98 111,81 150,69 156,41 153,99 112,73 10 à 19 ans 125,69 110,40 105,03 106,08 120,42 196,61 175,24 185,66 123,14 20 à 29 ans 111,06 108,14 105,70 100,50 112,13 159,74 173,59 164,37 113,58 30 à 39 ans 112,77 111,94 89,65 94,97 113,65 157,49 194,38 171,72 116,34 40 à 49 ans 112,66 111,42 93,76 91,61 113,02 170,59 168,15 168,97 116,11 50 à 59 ans 111,50 109,79 113,00 107,74 111,32 154,45 150,69 152,15 114,05 60 à 69 ans 108,82 109,96 112,59 112,60 110,00 138,13 128,53 132,81 111,58 70 à 79 ans 109,99 108,78 111,60 110,14 109,44 135,92 136,17 136,00 111,19 80 à 89 ans 110,91 111,98 113,78 112,58 111,87 131,30 133,86 132,13 113,27 90 ans et + 109,67 110,35 111,85 112,38 110,63 129,63 132,38 130,28 112,51 Total 114,14 112,92 102,99 101,35 112,76 141,36 144,68 142,74 114,54
Evolutie van de gemiddelde kostprijs per rechthebbende van 2006 tot 2008 (2006 = 100) VROUWEN - MANNEN Leeftijd Algemene regeling Regeling der zelfstandigen Algemeen Zonder voorkeurregeling Met voorkeurregeling Totaal Totaal totaal 0 tot 9 jaar 110,28 110,15 86,14 89,98 111,81 150,69 156,41 153,99 112,73 10 tot 19 jaar 125,69 110,40 105,03 106,08 120,42 196,61 175,24 185,66 123,14 20 tot 29 jaar 111,06 108,14 105,70 100,50 112,13 159,74 173,59 164,37 113,58 30 tot 39 jaar 112,77 111,94 89,65 94,97 113,65 157,49 194,38 171,72 116,34 40 tot 49 jaar 112,66 111,42 93,76 91,61 113,02 170,59 168,15 168,97 116,11 50 tot 59 jaar 111,50 109,79 113,00 107,74 111,32 154,45 150,69 152,15 114,05 60 tot 69 jaar 108,82 109,96 112,59 112,60 110,00 138,13 128,53 132,81 111,58 70 tot 79 jaar 109,99 108,78 111,60 110,14 109,44 135,92 136,17 136,00 111,19 80 tot 89 jaar 110,91 111,98 113,78 112,58 111,87 131,30 133,86 132,13 113,27 90 jaar en + 109,67 110,35 111,85 112,38 110,63 129,63 132,38 130,28 112,51 Totaal 114,14 112,92 102,99 101,35 112,76 141,36 144,68 142,74 114,54

Anesthésiologie 627 106 16,91 Chirurgie 531 62 11,68 Neurochirurgie 52 11 21,15 Gériatrie 0 0 0 Chirurgie plastique 52 29 55,77 Gynécologie-obstétri. 462 185 40,04 Ophtalmologie 292 168 57,53 O.R.L. 223 60 26,91 Urologie 110 21 19,09 Orthopédie 302 53 17,55 Stomatologie 88 22 25 Dermato-vénérologie 200 114 57 Médecine interne 700 44 6,29 Pneumologie 151 5 3,31 Gastro-entérologie 198 24 12,12 Pédiatrie 483 52 10,77 Cardiologie 321 39 12,15 Neuropsychiatrie 154 16 10,39 Neurologie 83 2 2,41 Psychiatrie 473 82 17,34 Rhumatologie 87 7 8,05 Méd.phys. et Physioth. 156 22 14,1 Biologie clinique 223 7 3,14 Anatomo-pathologie 92 3 3,26 Radio-diagnostique 562 102 18,15 Radiothérapie 66 4 6,06 Médecine nucléaire 133 3 2,26
Anesthesie-reanimatie 627 106 16,91 Heelkunde 531 62 11,68 Neurochirurgie 52 11 21,15 Geriatrie 0 0 0 Plastische heelkunde 52 29 55,77 Gynecologie en verloskunde 462 185 40,04 Oftalmologie 292 168 57,53 Otorhinolaryngologie 223 60 26,91 Urologie 110 21 19,09 Orthopedische heelkunde 302 53 17,55 Stomatologie 88 22 25 Dermato-venereologie 200 114 57 Inwendige geneeskunde 700 44 6,29 Pneumologie 151 5 3,31 Gastro-enterologie 198 24 12,12 Kindergeneeskunde 483 52 10,77 Cardiologie 321 39 12,15 Neurpsychiatrie 154 16 10,39 Neurologie 83 2 2,41 Psychiatrie 473 82 17,34 Reumatologie 87 7 8,05 Fysische geneeskunde 156 22 14,1 Klinische biologie 223 7 3,14 Pathologische anatomie 92 3 3,26 Röntgendiagnose 562 102 18,15 Radiotherapie 66 4 6,06 Nucleaire geneeskunde 133 3 2,26

Tableau 7 - Dépenses, effectif, coût moyen et évolution du coût moyen - Répartition par régime, par âge et par sexe (suite) Evolution du coût moyen par bénéficiaire de 2007 à 2008 (2007 = 100) FEmmes - HOmmes Âge Régime général Régime indépendant Total non-BIM BIM Total Total général 0 à 9 ans 105,36 103,69 83,10 84,03 104,86 133,14 137,52 135,66 105,69 10 à 19 ans 119,04 105,55 93,78 92,56 111,78 185,68 152,81 168,18 114,25 20 à 29 ans 105,66 102,50 100,05 98,78 105,81 141,19 158,92 147,71 107,13 30 à 39 ans 107,21 106,15 87,33 94,28 107,40 148,07 180,27 161,28 110,02 40 à 49 ans 106,31 105,73 91,26 89,92 106,72 159,98 160,86 160,43 109,79 50 à 59 ans 106,26 103,34 106,08 103,87 105,43 147,62 145,92 146,58 108,15 60 à 69 ans 104,47 105,01 106,24 108,01 105,38 129,16 123,73 126,15 106,80 70 à 79 ans 105,03 104,61 105,07 105,02 104,63 127,47 126,54 126,99 106,15 80 à 89 ans 106,20 106,38 107,29 107,01 106,46 122,71 124,00 123,12 107,67 90 ans et + 104,95 102,44 107,03 106,59 105,69 121,48 127,25 122,94 107,35 Total 107,96 106,45 98,52 97,63 106,62 132,18 136,38 134,13 108,31
Leeftijd Algemene regeling Regeling der zelfstandigen Algemeen Zonder voorkeurregeling Met voorkeurregeling Totaal Totaal totaal 0 tot 9 jaar 105,36 103,69 83,10 84,03 104,86 133,14 137,52 135,66 105,69 10 tot 19 jaar 119,04 105,55 93,78 92,56 111,78 185,68 152,81 168,18 114,25 20 tot 29 jaar 105,66 102,50 100,05 98,78 105,81 141,19 158,92 147,71 107,13 30 tot 39 jaar 107,21 106,15 87,33 94,28 107,40 148,07 180,27 161,28 110,02 40 tot 49 jaar 106,31 105,73 91,26 89,92 106,72 159,98 160,86 160,43 109,79 50 tot 59 jaar 106,26 103,34 106,08 103,87 105,43 147,62 145,92 146,58 108,15 60 tot 69 jaar 104,47 105,01 106,24 108,01 105,38 129,16 123,73 126,15 106,80 70 tot 79 jaar 105,03 104,61 105,07 105,02 104,63 127,47 126,54 126,99 106,15 80 tot 89 jaar 106,20 106,38 107,29 107,01 106,46 122,71 124,00 123,12 107,67 90 jaar en + 104,95 102,44 107,03 106,59 105,69 121,48 127,25 122,94 107,35 Totaal 107,96 106,45 98,52 97,63 106,62 132,18 136,38 134,13 108,31