Traduction de «ans qui étaient ménopausées depuis » (Français → Néerlandais) :

L'étude admettait des femmes âgées de 55 à 80 ans qui étaient ménopausées depuis au moins 5 ans, présentaient une DMO de la colonne lombaire située entre 2 et 5 écarts-types au-dessous de la moyenne préménopausique (Tscore) au niveau d'au moins une vertèbre [de L1 à L4] et comptaient une à quatre fractures vertébrales.
De studie werd uitgevoerd bij vrouwen van 55 tot 80 jaar die minstens 5 jaar postmenopauzaal waren, die een BMD van de lumbale wervels hadden die -2 tot -5 SD lager was dan het premenopauzale gemiddelde (T-score) in minstens één wervel [L1-L4], en die één tot vier gangbare wervelfracturen hadden.

L’étude incluait des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (Tscore) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d'une à quatre fractures vertébrales.
Aan de studie namen vrouwen in de leeftijd van 55 tot 80 jaar deel die ten minste 5 jaar postmenopauzaal waren en bij wie de BMD van de lumbale wervelkolom 2 tot 5 SD onder het premenopauzale gemiddelde (T-score) lag bij ten minste één wervel [L1-L4], en die één tot vier prevalente vertebrale fracturen hadden.

L’étude a inclus des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (T-score) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d'une à quatre fractures vertébrales.
Aan de studie namen vrouwen deel in de leeftijd van 55 tot 80 jaar, die tenminste 5 jaar postmenopauzaal waren en waarvan de BMD van de lumbale wervelkolom 2 tot 5 SD onder het premenopauzale gemiddelde (T-score) lag bij tenminste één wervel [L1-L4], en die één tot vier prevalente vertebrale fracturen hadden.

L’étude a inclus des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (Tscore) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d'une à quatre fractures vertébrales.
Aan de studie namen vrouwen deel in de leeftijd van 55 tot 80 jaar, die tenminste 5 jaar postmenopauzaal waren en waarvan de BMD van de lumbale wervelkolom 2 tot 5 SD onder het premenopauzale gemiddelde (T-score) lag bij tenminste één wervel [L1-L4], en die één tot vier prevalente vertebrale fracturen hadden.

L’étude a inclus des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (T-score) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d’une à quatre fractures vertébrales.
De studie werd uitgevoerd bij vrouwen van 55 tot 80 jaar die minstens 5 jaar postmenopauzaal waren, die een BMD van de lumbale wervels hadden die 2 tot 5 SD lager was dan het premenopauzale gemiddelde (T-score) in minstens één wervel [L1-L4], en die één tot vier prevalente wervelfracturen hadden.

Le programme clinique du risédronate sodique en prise quotidienne a étudié l’effet du risédronate sodique sur le risque de fractures de hanche et de fractures vertébrales et a inclus des femmes récemment ménopausées ou ménopausées depuis longtemps, avec ou sans fracture.
Het klinische programma met eenmaal daags toegediend natriumrisedronaat bestudeerde het effect van natriumrisedronaat op het risico van heup- en wervelfracturen en omvatte vroeg en laat postmenopauzale vrouwen, met of zonder fracturen.

C’est pourquoi il est préférable d’instaurer un traitement à la tibolone chez les femmes déjà ménopausées depuis au moins un an (c.-à-d. les femmes qui n’ont plus eu de saignements depuis au moins un an).
Tibolon dient daarom bij voorkeur gestart te worden bij vrouwen die reeds minstens één jaar menopauzaal zijn (d.w.z. vrouwen die gedurende minstens één jaar geen bloedingen meer hebben gehad).

des hypothèses avancées est que les différences observées entre les études randomisées et certaines études d’observation en ce qui concerne le risque cardio-vasculaire pourraient s’expliquer par le délai avec lequel le traitement hormonal de substitution est instauré après le début de la ménopause (timing hypothesis): lorsqu’un traitement hormonal de substitution est instauré autour de la ménopause ou rapidement après le début de celle-ci, le traitement hormonal de substitution aurait un effet cardioprotecteur, tandis qu’il augmenterait le risque d’évènements cardio-vasculaires chez les femmes déjà ménopausées depuis longtemps.
observationele studies in verband met het cardiovasculaire risico, zouden kunnen te maken hebben met het tijdstip waarop de hormonale substitutietherapie gestart wordt na het begin van de menopauze (timing hypothesis): wanneer de hormonale substitutiebehandeling gestart wordt rond de menopauze of snel na het begin van de menopauze, zou hormonale substitutietherapie een cardioprotectief effect hebben, terwijl bij vrouwen die reeds lang in de menopauze zijn hormonale substitutietherapie het risico van cardiovasculaire events zou verhogen.

Sur la base de ces facteurs de risque, la prévention de l’ostéoporose par Evista est indiquée pour les femmes menopausées depuis moins de 10 ans avec une DMO au rachis comprise entre 1,0 et 2,5 DS en dessous de la valeur moyenne de la population normale jeune, en prenant en compte le risque élevé de fractures ostéoporotiques chez ces femmes à ce stade de leur vie.
Op basis van deze risicofactoren is preventie van osteoporose met Evista geïndiceerd voor vrouwen die niet langer dan tien jaar postmenopauzaal zijn, met een BMD van de wervelkolom tussen 1,0 en 2,5 SD onder de gemiddelde waarde van een gezonde jonge populatie, rekening houdend met hun hoge levenslange risico voor osteoporotische fracturen.

Le Centre Belge de Pharmacovigilance a été récemment informé de la survenue d’une rétinopathie chez deux patientes qui étaient traitées depuis plusieurs années par la chloroquine en raison d’une polyarthrite rhumatoïde.
Het Belgisch Centrum voor Geneesmiddelenbewaking kreeg onlangs melding van het optreden van retinopathie bij twee patiënten die sinds meerdere jaren behandeld werden met chloroquine omwille van reumatoïde artritis.