En outre, on doit déterminer la concentration de L. monocytogenes de l’inoculum et de l’aliment (aussi bien avant qu’immédiatement après l’inoculation), étant donné qu’il peut toujours y avoir des cellules de L. monocytogenes présentes dans l’aliment avant l’inoculation.
Verder moet zowel vóór als onmiddellijk na het inoculeren de concentratie van L. monocytogenes van het levensmiddel bepaald worden, aangezien er reeds L. monocytogenes cellen aanwezig kunnen zijn in het levensmiddel vóór de inoculatie. Ook van het inoculum wordt best de celconcentratie bepaald.