Vertaling van "aux protéines sériques atteint approximativement " (Frans → Nederlands) :

Le volume apparent de distribution varie entre 0,3 et 0,4 l/kg environ et la liaison aux protéines sériques atteint approximativement 17 - 20%.
Het schijnbaar distributievolume varieert tussen ongeveer 0,3 en 0,4 l/kg en de binding aan serumeiwitten bedraagt ongeveer 17 - 20%.

Le volume apparent de distribution est d’environ 0,2 l/kg et la liaison aux protéines sériques atteint approximativement 22%.
Het schijnbaar distributievolume bedraagt ongeveer 0,2 l/kg en de graad van binding aan serumeiwitten bedraagt ongeveer 22%.

La demi-vie est d’environ 2 heures et approximativement 20 % du céfadroxil est lié de façon réversible aux protéines sériques.
De halfwaardetijd bedraagt ongeveer 2 uur en circa 20 % cefadroxil is reversibel gebonden aan serumeiwitten.

- Chez les patients souffrant d'une atteinte hépatique, par suite de la diminution des liaisons aux protéines sériques avec comme conséquence des taux plus élevés de phénytoïne libre, il y a lieu de diminuer la posologie journalière afin d'éviter des taux sériques toxiques.
- Bij patiënten met een leveraandoening tengevolge van een verminderde serumeiwitbindingscapaciteit waardoor er hogere spiegels van vrij fenytoïne ontstaan, is het aangeraden de dagelijkse dosis te verminderen om geen toxische serumspiegels te bereiken.

La fixation aux protéines sériques est de l'ordre de 95% et l'excrétion sous forme de métabolites conjugués atteint 80% par voie rénale et 20% par voie fécale.
De binding aan de serumeiwitten ligt rond de 95 %, en de uitscheiding gebeurt onder de vorm van geconjugeerde metabolieten: 80 % renaal en 20 % fecaal.

La sulfapyridine non acétylée est partiellement liée aux protéines sériques et atteint une concentration sanguine maximale dans les 12 heures.
Het niet-geacetyleerd sulfapyridine is gedeeltelijk aan de serumproteïnen gebonden en bereikt een maximale bloedspiegel binnen de 12 uur.

Les interactions avec les médicaments fortement liés aux protéines plasmatiques sont peu probables compte tenu de la liaison modérée du lanréotide aux protéines sériques.
Interacties met geneesmiddelen met sterke eiwitbinding zijn onwaarschijnlijk omdat lanreotide zich slechts matig aan serumeiwitten bindt.

Distribution A des concentrations d’imatinib cliniquement significatives, la fraction liée aux protéines plasmatiques est approximativement de 95%, sur la base des études in vitro ; il s’agit principalement d’une liaison à l’albumine et aux alpha-glycoprotéines acides, et dans une faible mesure aux lipoprotéines.
Distributie Bij klinische relevante concentraties van imatinib bedroeg de plasma eiwit binding ongeveer 95%, op basis van in vitro experimenten, grotendeels aan albumine en alfa-zure-glycoproteïne, met slechts weinig binding aan lipoproteïne.

Aux concentrations cliniquement significatives, la liaison de dasatinib aux protéines plasmatiques est approximativement de 96% sur la base des expériences in vitro.
Bij klinisch relevante concentraties bedraagt de binding van dasatinib aan plasma-eiwitten ongeveer 96%, gebaseerd op in vitro gegevens.

L’hydrochlorothiazide circulant est lié aux protéines sériques (40 % à 70 %), essentiellement à l’albumine sérique.
Circulerend hydrochloorthiazide wordt aan serumeiwitten, hoofdzakelijk serumalbumine, gebonden (40-70%).