Overwegende dat het " moeilijk te herstellen ernstig nadeel op moreel vlak" al evenmin aannemelijk wordt gemaakt; dat vooreerst moeilijk valt in te zien, en ook niet wordt aangetoond, dat de verzoekende naamloze vennootschap als rechtspersoon een puur immaterieel lee
d ondervindt van de beweerde " veroordeling tot tweede klasse van de statinemarkt" , de eveneens beweerde " stiefmoederlijke behandeling" door de Belgische overheid, en de gevreesde negatieve perceptie door de geneesheren, en dat dit daarenboven nog ernstig en moeilijk te herstellen zou zijn; dat het feit dat het geneesmiddel van de verzoekende partij niet in dezelfde cat
...[+++]egorie als de concurrenten wordt ondergebracht en aan de specifieke controle a posteriori onderworpen blijft omwille van het feit dat het te duur is voor de ziekteverzekering, trouwens geen ongunstige beoordeling van de intrinsieke kwaliteiten ervan inhoudt en dus ook geen " veroordeling" of " stiefmoederlijke behandeling" ; dat ten slotte van de geneesheren die de desbetreffende geneesmiddelen voorschrijven, mag worden verwacht dat zij " de top van de statines" van de rest van de statines zullen kunnen blijven onderscheiden, ook wanneer het product van de verzoekende partij, in tegenstelling tot concurrerende geneesmiddelen, onderworpen blijft aan een specifieke a posteriori controle; Overwegende dat het “moeilijk te herstellen ernstig nadeel op moreel vlak” al evenmin aannemelijk wordt gemaakt; dat vooreerst moeilijk valt in te zien, en ook niet wordt aangetoond, dat de verzoekende naamloze vennootschap als rechtspersoon een puur immaterieel lee
d ondervindt van de beweerde “veroordeling tot tweede klasse van de statinemarkt”, de eveneens beweerde “stiefmoederlijke behandeling” door de Belgische overheid, en de gevreesde negatieve perceptie door de geneesheren, en dat dit daarenboven nog ernstig en moeilijk te herstellen zou zijn; dat het feit dat het geneesmiddel van de verzoekende partij niet in dezelfde categorie
...[+++] als de concurrenten wordt ondergebracht en aan de specifieke controle a posteriori onderworpen blijft omwille van het feit dat het te duur is voor de ziekteverzekering, trouwens geen ongunstige beoordeling van de intrinsieke kwaliteiten ervan inhoudt en dus ook geen “veroordeling” of “stiefmoederlijke behandeling”; dat ten slotte van de geneesheren die de desbetreffende geneesmiddelen voorschrijven, mag worden verwacht dat zij “de top van de statines” van de rest van de statines zullen kunnen blijven onderscheiden, ook wanneer het product van de verzoekende partij, in tegenstelling tot concurrerende geneesmiddelen, onderworpen blijft aan een specifieke a posteriori controle;