On devra envisager l'administration intraveineuse d'un agent anticholinergique avant l'induction ou pendant l'entretien d'une anesthésie par Propolipid 1%, en particulier dans les situations lors desquelles un tonus vagal risque d'être prédominant ou lorsque Propolipid 1% est utilisé en même temps que d'autres médicaments susceptibles d'induire une bradycardie.
De intraveneuze toediening van een anticholinergicum voorafgaand aan de inductie of tijdens het onderhoud van de anesthesie met Propolipid 1% moet worden overwogen. Dit dient in het bijzonder te gebeuren in situaties waarbij de vagale tonus waarschijnlijk zal domineren of wanneer Propolipid 1% wordt gebruikt in combinatie met andere geneesmiddelen die bradycardie kunnen veroorzaken.