Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "chacun des deux groupes bis-2-chloroethyl " (Frans → Nederlands) :

La formation d' " ions Carbonium" intermédiaires de chacun des deux groupes bis-2-chloroethyl permet l'alkylation par une liaison covalente avec le 7-N de la guanine dans l'ADN avec formation de pont entre les 2 chaînes d'ADN ce qui entraîne l'arrêt de la réplication cellulaire.

Via de vorming van carbonium tussenproducten uit elk van de twee bis-2-chloorethyl groepen treedt alkylering op door covalente binding aan N-7 groep van guanine DNA, met als gevolg cross-linking van DNA.


La fréquence et les causes de décès après bi- ou trithérapie étaient identiques dans les groupes basiliximab ( 2,9%) et placebo (2,6%), les infections représentant la cause la plus fréquente de décès dans les deux groupes (basiliximab = 1,3%, placebo = 1,4%).

De incidentie en oorzaak van overlijden na tweevoudige of drievoudige therapie waren vergelijkbaar in de basiliximab (2,9%) en placebogroepen (2,6%), met infecties als meest voorkomende doodsoorzaak in beide behandelingsgroepen (basiliximab = 1,3%, placebo = 1,4%).


Les valeurs moyennes de l’aire sous la courbe (SSC (CV%)) de bosentan chez les enfants traités par 31,25, 62,5 ou 125 mg deux fois par jour étaient respectivement de 3496 (49), 5428 (79), et 6124 (27) ng·h/ml et étaient inférieures à la valeur de 8149 (47) ng·h/ml observée chez les patients adultes atteints d’hypertension artérielle pulmonaire et recevant 125 mg de bosentan deux fois par jour. A l’état stable, l’exposition systémique mesurée dans chacun des groupes d’enfants pesant 10–20 kg, 2 ...[+++]

De gemiddelde AUC (CV%)-waarden van bosentan bij kinderen behandeld met 31,25, 62,5 of 125 mg tweemaal daags waren respectievelijk 3496 (49), 5428 (79) en 6124 (27) ng·h/ml en waren lager dan de waarde van 8149 (47) ng·h/ml die werd gezien bij volwassen patiënten met pulmonale arteriële hypertensie die tweemaal daags 125 mg gebruikten. In de evenwichtssituatie bedroeg de systemische blootstelling van kinderen van 10–20 kg, 20–40 kg en > 40 kg respectievelijk 43%, 67% en 75% van de systemische waarde bij volwassenen.


ANOVA (Analysis Of Variance): toutes les variables sont prises en compte: exposition (placebo, GSM900, GSM1.800, UMTS), groupe (avec et sans plaintes), Session (première, deuxième, troisième), ordre (18 ordres différents possibles), Place du sujet dans cet ordre (36 personnes dans chacun des deux groupes (avant ou après-midi) ANOVA suppose une distribution normale.

ANOVA (Analysis Of Variance): alle variabelen worden meegenomen: blootstelling (placebo, GSM900, GSM1.800, UMTS), groep (met en zonder klachten), sessie (eerste, tweede, derde), volgorde (18 verschillende volgordes mogelijk) plaats proefpersoon in volgorde (36 personen in elk van de twee groepen), voor- of namiddag. ANOVA veronderstelt een normaaldistributie.


L’échantillon a été réparti en 4 tranches d’âge (15-18 ans, 19-59 ans, 60-74 ans et 75 ans ou plus) et, en fonction des deux sexes, en 8 groupes de chacun 400 personnes.

De steekproef werd ingedeeld volgens 4 leeftijdsgroepen (15-18 jaar, 19-59 jaar, 60-74 jaar en 75 jaar of meer) en volgens beide geslachten in 8 groepen van telkens 400 personen.


Population pédiatrique Les données concernant la pharmacocinétique de la névirapine sont issues de deux sources principales : une étude sur 48 semaines chez l’enfant conduite en Afrique du Sud (BI 1100.1368) incluant 123 patients naïfs HIV-1 positifs, âgés de trois mois à 16 ans ; et une analyse consolidée de 5 protocoles du Peadiatric AIDS Clinical Trials Group (PACTG), comprenant 495 patients âgés de 14 jours à 19 ans.

Pediatrische patiënten Gegevens over de farmacokinetiek van nevirapine zijn ontleend aan twee belangrijke bronnen: een 48 weken durend onderzoek bij pediatrische patiënten in Zuid-Afrika met 123 HIV-1 positieve, therapienaïeve patiënten in de leeftijd van 3 maanden tot 16 jaar (BI 1100.1368); en een gecombineerde analyse van 5 ‘Paediatric AIDS Clinical Trials Group’ (PACTG) onderzoeken met in totaal 495 patiënten in de leeftijd van 14 dagen tot 19 jaar.


Population pédiatrique Les données concernant la pharmacocinétique de la névirapine sont issues de deux sources principales : une étude sur 48 semaines chez l’enfant conduite en Afrique du Sud (BI 1100.1368), incluant 123 patients naïfs d’antirétroviraux et HIV-1 positifs, âgés de trois mois à 16 ans ; et une analyse consolidée de 5 protocoles du Peadiatric AIDS Clinical Trials Group (PACTG), comprenant 495 patients âgés de 14 jours à 19 ans.

Pediatrische patiënten Gegevens over de farmacokinetiek van nevirapine zijn afgeleid van twee belangrijke bronnen: een pediatrische studie van 48 weken uitgevoerd in Zuid-Afrika (BI 1100.1368) bij 123 hiv-1-positieve patiënten van 3 maanden tot 16 jaar die nog geen antiretrovirale behandeling hadden gekregen, en een analyse van de samengevoegde gegevens van vijf studies van de Paediatric AIDS Clinical Trials Group (PACTG) bij 495 patiënten van 14 dagen tot 19 jaar.


Population pédiatrique Les données concernant la pharmacocinétique de la névirapine sont issues de deux sources principales : une étude sur 48 semaines chez l’enfant conduite en Afrique du Sud (BI 1100.1368) incluant 123 patients naïfs HIV-1 positifs, âgés de trois mois à 16 ans et une analyse consolidée de 5 protocoles du Peadiatric AIDS Clinical Trials Group (PACTG), comprenant 495 patients âgés de 14 jours à 19 ans.

Pediatrische patiënten Gegevens over de farmacokinetiek van nevirapine zijn ontleend aan twee belangrijke bronnen: een 48 weken durende studie bij pediatrische patiënten in Zuid-Afrika met 123 HIV-1 positieve, therapienaïeve patiënten in de leeftijd van 3 maanden tot 16 jaar (BI 1100.1368); en een gecombineerde analyse van 5 ‘Paediatric AIDS Clinical Trials Group’ (PACTG) onderzoeken met in totaal 495 patiënten in de leeftijd van 14 dagen tot 19 jaar.


La fréquence des infections à CMV était identique dans les deux groupes (14,6% versus 17,3%) après bi-ou trithérapie (voir rubrique 4.4).

De incidentie van CMVinfecties was vergelijkbaar in beide groepen (14,6% vs. 17,3%), zowel wanneer een tweevoudig als wel een drievoudig therapieschema werd gevolgd (zie rubriek 4.4).


Adulte Les effets les plus fréquemment rapportés (> 20%) après bi-ou trithérapie dans les deux groupes de traitement (basiliximab versus placebo) étaient : constipation, infection urinaire, douleur, nausées, oedèmes périphériques, hypertension, anémie, céphalées, hyperkaliémie, hypercholestérolémie, complication de lésion post-opératoire, prise de poids, élévation de la créatinine sanguine, hypophosphatémie, diarrhée et infections respiratoires hautes.

Volwassen patiënten De meest gerapporteerde (> 20%) bijwerkingen bij het volgen van een tweevoudige of drievoudige therapie in beide behandelingsgroepen (basiliximab vs. placebo) waren constipatie, urineweginfectie, pijn, misselijkheid, perifeer oedeem, hypertensie, anemie, hoofdpijn, hyperkaliëmie, hypercholesterolemie, wondcomplicaties na de operatie, gewichtstoename, toename van bloedcreatinine, hypofosfatemie, diarree en infectie van de bovenste luchtwegen.




datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

chacun des deux groupes bis-2-chloroethyl ->

Date index: 2021-04-17
w