La dose usuelle chez l’adulte est de 0,4 à 2 mg, par voie intraveineuse (en cas d’urgence, le mode d’administration peut être choisi librement), intramusculaire ou sous-cutanée.
De gebruikelijke dosis bij een volwassene bedraagt 0,4 tot 2 mg, intraveneus (in geval van nood kan de toedieningswijze vrij gekozen worden), intramusculair of subcutaan.