Traduction de «clarithromycine les antiviraux » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Antiviraux
antivirale geneesmiddelen

Vaccins antiviraux
virusvaccins

clarithromycine
claritromycine

intoxication par la clarithromycine
intoxicatie door claritromycine

produit contenant de la clarithromycine sous forme orale
product dat claritromycine in orale vorm bevat

produit contenant de la clarithromycine
product dat claritromycine bevat

Helicobacter pylori résistant à la clarithromycine
clarithromycineresistente helicobacter pylori

allergie à la clarithromycine
allergie voor claritromycine

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

les médicaments psychotropes; les médicaments contre les convulsions; les anti-allergiques; les médicaments contre les champignons (kétoconazole, itraconazole ou autres); les antidépresseurs (sertraline, fluvoxamine, fluoxétine); les inhibiteurs de la sécrétion gastrique (cimétidine); les antidouleurs morphiniques (propoxyphène); les contraceptifs oraux; les antihypertenseurs (diltiazem); les antibiotiques (érythromycine, clarithromycine); les antiviraux utilisés en VIH (ritonavir); les médicaments contre le trouble de la motilité gastro-intestinale (cisapride);
psychotrope geneesmiddelen; geneesmiddelen tegen stuipen; anti-allergica; geneesmiddelen tegen schimmels (ketoconazol, itraconazol of andere); antidepressiva (sertraline, fluvoxamine, fluoxetine); maagzuurremmers (cimetidine); morfineachtige pijnstillers (propoxyfen); orale contraceptiva; antihypertensiva (diltiazem); antibiotica (erytromycine, claritromycine); antivirale middelen tegen HIV (ritonavir); geneesmiddelen tegen maag/darmmotiliteitsstoornissen (cisapride);

Clarithromycine UNO EG peut interagir avec les médicaments antiviraux [VIH] de la manière suivante:
Clarithromycine UNO EG kan een wisselwerking hebben met antivirale middelen (HIV) op de volgende manier:

Clarithromycine UNO Teva peut présenter une interaction avec les médicaments antiviraux [VIH], de la manière suivante :
Clarithromycine UNO Teva kan interageren met anti-virale [HIV] geneesmiddelen op de volgende manier:

- Itraconazole et kétoconazole (utilisés contre les infections dues à un champignon microscopique), ritonavir, nelfinavir (médicaments antiviraux utilisés contre le virus du sida), clarithromycine, télithromycine (utilisées contre les infections bactériennes) ou le néfazodone (utilisé dans la dépression) car ces médicaments réduisent la dégradation d’Inspra, prolongeant ainsi son effet sur l’organisme.
- Itraconazol of ketoconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen), ritonavir, nelfinavir (antivirale medicatie om AIDS te behandelen), clarithromycine, telithromycine (gebruikt om bacteriële infecties te behandelen) of nefazodon (gebruikt om depressies te behandelen) omdat deze geneesmiddelen de afbraak van Inspra vertragen en daardoor zijn effect op het lichaam verlengen.

- L’utilisation simultanée de médicaments qui inhibent le CYP 3A4 est contre-indiquée ; ces médicaments incluent : les antimycosiques azolés oraux ou parentéraux (p.ex. kétoconazole, fluconazole, miconazole, itraconazole), les inhibiteurs antiviraux de la protéase (p.ex. ritonavir, indinavir), les antibiotiques macrolides (p.ex. érythromycine, clarithromycine, troléandomycine) et la néfadozone.
- Gelijktijdig gebruik van CYP 3A4 inhiberende geneesmiddelen zoals orale of parenterale antimycotische azoles (b.v. ketoconazole, fluconazole, miconazole, itraconazole), antivirale protease-inhibitoren (b.v. ritonavir, indinavir), macrolide antibiotica (b.v. erythromycine, clarithromycine, troleandomycine) en nefazodone is tegenaangewezen.

de plante), rifampicine (utilisée pour traiter les infections bactériennes), carbamazépine, phénytoine et phénobarbital (utilisés, entre autres, pour traiter l’épilepsie) les médicaments contenant l’une des substances actives suivantes peuvent augmenter les taux sanguins de fésotérodine : itraconazole ou kétoconazole (utilisés pour traiter les infections fongiques), ritonavir, atazanavir, indinavir, saquinavir ou nelfinavir (médicaments antiviraux pour traiter le VIH), clarithromycine ou télithromycine (utilisés pour traiter les infections bactériennes), néfazodone (utilisé pour traiter la dépression), fluoxétine ou paroxétine (utilisés pour traiter la dépression ou l'anxiété), le bupropion (utilisé pour arrêter de fumer ou pour traiter la dépression), quinidine (utilisé pour traiter les arythmies) et cinacalcet (utilisé pour traiter l'hyperthyroïdie). médicaments contenant la substance active méthadone (utilisée dans le traitement des douleurs sévères et des problèmes d’abus).
- geneesmiddelen die één van de volgende werkzame bestanddelen bevatten, kunnen de concentratie van fesoterodine in het bloed doen stijgen: itraconazol of ketoconazol (gebruikt bij de behandeling van schimmelinfecties), ritonavir, atazanavir, indinavir, saquinavir of nelfinavir (antivirale geneesmiddelen voor de behandeling van hiv), claritromycine of telithromycine (gebruikt bij de behandeling van bacteriële infecties), nefazodon (gebruikt om depressies te behandelen), fluoxetine of paroxetine (gebruikt om depressies en angst te behandelen), bupropion (gebruikt om met roken te stoppen of depressie te behandelen), kinidine (gebruikt om stoornissen in het hartritme (aritmieën) te behandelen) en cinacalcet (gebruikt om verhoogde werking van de schildklier (hyperthyreoïdie) te behandelen)