Vertaling van "comme d’autres analogues nucléosidiquesont montré " (Frans → Nederlands) :

L’abacavir et la lamivudine ne se sont pas avérés mutagènes dans les tests bactériologiques, mais, comme d’autres analogues nucléosidiquesont montré une inhibition de la réplication cellulaire de l’ADN dans des tests de cytogénicité in vitro sur des cellules de mammifères tel que le test du lymphome de souris.
Abacavir noch lamivudine was mutageen in bacteriële testsystemen, maar remmen, in overeenstemming met andere nucleoside-analogen, cellulaire DNA-replicatie tijdens in vitro testen bij zoogdieren, zoals in de muislymfoomtest.

L’abacavir, la lamivudine et la zidovudine ne se sont pas avérées mutagènes dans les tests bactériologiques, mais comme d’autres analogues nucléosidiques, ont montré une inhibition de la réplication cellulaire de l’ADN dans des tests de cytogénicité in vitro sur des cellules de mammifères tel que le test du lymphome de souris.
Noch abacavir, noch lamivudine, noch zidovudine is mutageen in bacteriële testsystemen, maar remmen, in overeenstemming met andere nucleoside-analogen, cellulaire DNA-replicatie tijdens in vitro testen bij zoogdieren, zoals in de muislymfoomtest.

La lamivudine et la zidovudine ne se sont pas avérées mutagènes dans les tests bactériologiques, mais, comme d'autres analogues nucléosidiques, ont montré une inhibition de la réplication cellulaire de l’ADN dans des tests de cytogénicité in vitro sur des cellules de mammifères tel que le test du lymphome de souris.
Noch lamivudine, noch zidovudine zijn mutageen in bacteriële testsystemen maar remmen, in overeenstemming met andere nucleoside-analogen, cellulaire DNA-replicatie tijdens in-vitro tests bij zoogdieren, zoals in de lymfoomtest bij de muis.

Des études de pharmacologie animale et humaine ont montré que le lanréotide, comme la somatostatine et d’autres analogues de la somatostatine, freine la sécrétion d’insuline et de glucagon.
Farmacologische studies bij dieren en mensen tonen dat lanreotide, net zoals somatostatine en andere somatostatineanalogen, de insuline- en glucagonsecretie remt.

Des études de pharmacologie animale et humaine ont montré que le lanréotide, comme la somatostatine et ses analogues, peut induire une inhibition de la sécrétion d’insuline et de glucagon.
Farmacologische studies bij dieren en bij mensen tonen aan dat lanreotide, evenals somatostatine en andere somatostatine analogen, een inhibitie van de secretie van insuline en glucagon kan veroorzaken.

Pour 2010, il est aussi observé une croissance importante du nombre de patients traités par 2 autres analogues de l’insuline humaine, il s’agit de l’insuline glulisine (APIDRA), avec comme en 2009, une croissance relative de 44,4% et de l’insuline lispro (HUMALOG), avec une croissance relative de 23% Les traitements avec les analogues insuliniques ont un coût (beaucoup) plus élevé, alors que l’on ne dispose pas de preuves suffisantes qu’un tel choix apporte un grand bénéfice à long terme dans le diabète de type.
Voor 2010 werd er ook een belangrijke groei in het aantal patiënten die behandeld worden met 2 andere analoge insulines, nl. het insuline glusisine (APIDRA) met zoals in 2009 een relatieve groei van 44,4%, en het insuline lispro (HUMALOG) met een relatieve groei van 23%. Behandelingen met insuline-analogen hebben een (veel) hogere kostprijs, terwijl we niet over voldoende bewijzen beschikken dat zo’n keuze een grotere benefit op lange termijn oplevert bij type 2 diabetes.

L'indinavir en monothérapie ou en association avec des analogues nucléosidiques (zidovudine/stavudine et lamivudine) a montré qu'il ralentit la progression de la maladie par rapport aux autres antirétroviraux et qu'il produit un effet soutenu sur la charge virale et le nombre de cellules CD4.
Indinavir alleen of in combinatie met nucleosideanalogen (zidovudine/stavudine en lamivudine) blijkt in vergelijking met nucleosideanologen de klinische progressie te vertragen en een aanhoudend effect op de viral load en CD4-telling te geven.

Adultes Le traitement par l’indinavir en monothérapie ou en association avec d’autres antirétroviraux (c’est-àdire des analogues nucléosidiques) a montré jusqu’à présent une réduction de la charge virale et une augmentation des lymphocytes CD4 chez les patients ayant un taux de cellules CD4 < 500/mm.
Volwassenen Tot dusverre is gebleken dat bij behandeling met indinavir alleen of in combinatie met andere antiretrovirale middelen (in dit geval nucleosideanologen) bij patiënten met een CD4-celtelling onder 500 cellen/mm 3 de viral load afneemt en de CD4-lymfocyten toenemen.

E. coli positif à l’ESBL se révèle particulièrement résistant en comparaison avec tous les autres facteurs stimulés par l’utilisation, non seulement d’aminoglycosides (OR : 25,64, 95% IC : 1,24-289,09) et des fluoroquinolones comme nous l’avons montré ci-avant (12), mais également d’antimycotiques (non signalée).
ESBL positieve E. coli wordt opmerkelijk sterk in vergelijking met alle andere factoren gestimuleerd door het gebruik van aminoglycosiden (OR: 25,64, 95% CI: 2,243466-289,0871) en fluorochinolones zoals eerder aangetoond (12), maar bovendien door het gebruik van antimycotica (niet gerapporteerd).

Le centre se montre prudent lorsqu’il s’agit de poser le diagnostic de SFC, d’une part parce que des plaintes de fatigue (comme la douleur) sont toujours en partie subjectives, et d’autre part afin d’éviter que des jeunes reçoivent trop vite l’étiquette d’une maladie pour laquelle une réponse, étiologique ou curative, efficace n’existe pas.
Het centrum is voorzichtig in het stellen van de CVS-diagnose, enerzijds omdat klachten van vermoeidheid (net zoals van pijn) altijds deels subjectief zijn, en anderzijds om te vermijden dat jongeren te snel het label zouden krijgen van een ziekte waarvoor geen afdoend etiologisch noch curatief antwoord bestaat.