Pour la perfusion intraveineuse, la solution de 1 g ou 2 g de Maxipime doit être reconstituée comme indiqué ci-dessus pour l’administration intraveineuse directe ; il faut ajouter ensuite la quantité appropriée de la solution résultante à un récipient contenant l’un des liquides IV compatibles identifiés sous la rubrique Mode de préparation.
Voor intraveneuze infusie dient de oplossing van 1 g of 2 g Maxipime wedersamengesteld te worden zoals hierboven aangegeven voor rechtstreekse intraveneuze toediening; vervolgens dient de gepaste hoeveelheid bekomen oplossing toegevoegd te worden aan één van de verenigbare intraveneuze vloeistoffen opgesomd in het hoofdstuk ‘Bereidingswijze’.