Il constate qu’entre le 3 juin 1991 et le 14 décembre 1992 (date de la convocation à comparaître devant la commission d’appel), aucun devoir de poursuite n’a été entamé.
Hij stelt vast dat tussen 3 juni 1991 en 14 december 1992 (datum van de oproep om te verschijnen voor de commissie van beroep) niets werd gedaan om de procedure verder te zetten.