Au cours d’un essai clinique portant sur des patients ayant des antécédents de toux sèche durant un traitement par un inhibiteur de l’enzyme de conversion, 19,5 % des patients recevant du valsartan et 19,0 % de ceux recevant un diurétique thiazidique ont présenté de la toux, contre 68,5 % de ceux traités par un inhibiteur de l’enzyme de conversion (p < 0,05).
Derhalve is er dus geen versterking van de aan bradykinine gerelateerde nevenwerkingen te verwachten. In klinische studies waar valsartan vergeleken werd met een ACE-inhibitor, was de incidentie van een droge hoest significant (P < 0,05) kleiner bij patiënten behandeld met valsartan in vergelijking met degenen die behandeld werden met een ACE-inhibitor (respectievelijk 2,6% versus 7,9%).