Pourcentage moyen de variation de l’ASC, la C max , la C min avec intervalles de confiance si disponibles a (mécanisme) Nelfinavir : ASC : ↑ 20% (↑ 8 to ↑ 34) C max : ↑ 21% (↑ 10 to ↑ 33) L’association a été généralement bien tolérée. Ritonavir : Matin ASC : ↑ 18% (↑ 6 to ↑ 33) Soir ASC : ↔ Matin C max : ↑ 24% (↑ 12 to ↑ 38) Soir C max : ↔ Matin C min : ↑ 42% (↑ 9 to ↑ 86) b Soir C min : ↑ 24% (↑ 3 to ↑ 50) b Efavirenz : ASC : ↑ 21% (↑ 10 to ↑ 34) C max : ↑ 14% (↑ 4 to ↑ 26) C min : ↑ 25% (↑ 7 to ↑ 46) b (inhibition du métabolisme oxydatif m
édié par les CYP) L’administration d’éfavirenz et de ritonavir, 500 mg ou 600 mg deux fois par jou
...[+++]r, n’était pas bien tolérée (survenue par exemple de sensations vertigineuses, nausées, paresthésie et élévation des enzymes hépatiques).Effecten op geneesmiddelconcentraties Gemiddelde procentuele verandering in AUC, C max , C min met betrouwbaarheidsintervallen waar deze beschikbaar zijn a (mechanisme) Ritonavir: Ochtend-AUC: ↑ 18 % (↑ 6 tot ↑ 33) Avond-AUC: ↔ Ochtend-C max : ↑ 24 % (↑ 12 tot ↑ 38) Avond-C max : ↔ Ochtend-C min : ↑ 42 % (↑ 9 tot ↑ 86) b Avond-C min : ↑ 24
% (↑ 3 tot ↑ 50) b Efavirenz: AUC: ↑ 21 % (↑ 10 tot ↑ 34) C max : ↑ 14 % (↑ 4 tot ↑ 26) C min : ↑ 25 % (↑ 7 tot ↑ 46) b (remming van door CYP gemedieerd oxidatief metabolisme) Als efavirenz werd gegeven met ritonavir 500 mg of 600 mg 2 dd, werd de combinatie niet goed verdragen (bijvoorbeeld duizelighe
...[+++]id, misselijkheid, paresthesie en verhoogde leverenzymen kwamen voor).