Pour ce faire, on associe à chaque part de la population ordonnée par dépense AMI décroissante (dans notre cas : 1%, 5%, 10% et 20%), la part que représente ses dépenses AMI. Ce travail permet de connaître la part des dépenses AMI des quatre groupes d’utilisateurs de soins de santé appelés “grands utilisateurs de soins de santé”, mais aussi le montant des dépenses AMI à atteindre (ou le seuil d’entrée) pour faire partie de ces groupes (voir tableau ci-dessous).
Wij hebben vier groepen van zorgconsumen
ten samengesteld op basis van het niveau van hun uitgaven geneeskundige verzorging, terugbetaald door de ZIV: 1%, 5%, 10% en 20% van de consumenten die de meeste geneeskundige verzorging consumeren; Wij hebben de populatie hiertoe gerangschikt, per dalende uitgave ZIV (in ons geval: 1%, 5%, 10% en 20%) en we hebben elke schijf van de aldus gerangschikte populatie, geassocieerd met haar aandeel in de uitgaven ZIV. Zo kregen
we niet alleen een idee van het aandeel van de uitgaven ZIV van de 4 gr
...[+++]oepen van consumenten die we beschouwen als “grote consumenten”, maar ook van het te bereiken bedrag van de uitgaven ZIV (of de drempelwaarde), om deel te kunnen uitmaken van die groepen (zie onderstaande tabel).