Affections hématologiques et du système lymphatique : En cas de complications de la fonction du sang, ZARONTIN peut induire des troubles tels qu’une leucopénie (baisse du nombre de globules blancs), une agranulocytose (diminution importante ou disparition du nombre de globules blancs), une anémie aplasique (anémie due à l’absence de reconstitution des globules rouges), une pancytopénie (diminution des éléments cellulaires du sang), une éosinophilie (augmentation des polynucléaires éosinophiles) ou une porphyrie (maladie due à la surproduction de porphyrines).
Bloed- en lymfestelselaandoeningen: In geval van bloedfunctiecomplicaties kan de toediening van ZARONTIN aanleiding geven tot stoornissen zoals leukopenie (verlaging van het aantal witte bloedcellen), agranulocytose (belangrijke vermindering of verdwijning van het aantal witte bloedcellen), aplastische anemie (anemie te wijten aan de afwezigheid van aanmaak van rode bloedcellen), pancytopenie (vermindering van celelementen in het bloed), eosinofilie (verhoging van polynucleaire eosinofielen) of porfyrie (ziekte te wijten aan een overproductie van porfyrinen).