Lorsque le risque d’infection est élevé et que l’infection comporte des risques importants pour la mère et/ou l’enfant (p. ex. en cas de risque réel de transmission ou d’épidémie de la fièvre jaune), on vaccinera quand même, mais si possible seulement à partir du 6e mois de grossesse.
Wanneer de kans van infectie groot is en de infectie belangrijke risico’s inhoudt voor moeder en/of kind (bv. bij reële kans op transmissie of epidemie van gele koorts), zal dus toch gevaccineerd worden, maar waar mogelijk pas vanaf de 6de zwangerschapsmaand.