Traduction de «effets immunomodulateurs anti-inflammatoires » (Français → Néerlandais) :

Les essais in vitro et les études cliniques suggèrent que les effets immunomodulateurs, anti-inflammatoires et antitumoraux du thalidomide sont liés à l’inhibition de la production de TNF-α (Tumor Necrosis Factor-alpha), à une intervention sur les molécules de surface impliquées dans la migration des leucocytes et à une activité antiangiogénique.
Gegevens uit in vitro onderzoeken en klinische trials suggereren dat de immunomodulatoire, anti-inflammatoire en anti-neoplastische effecten van thalidomide verband zouden kunnen houden met de onderdrukking van de excessieve productie van tumornecrosefactoralfa (TNF-α), down-modulatie van geselecteerde moleculen voor de celoppervlakadhesie die betrokken zijn bij de migratie van leukocyten en anti-angiogene activiteit.

DE LA TRANSCRIPTASE REVERSE 0,9% 4.624 207 0,0% 156 163 31 32 J05AE INHIBITEURS DE LA PROTEASE 0,9% 4.517 358 0,1% 136 139 32 42 H01CB ANTAGONISTE DE L'HORMONE DE CROISSANCE 0,8% 4.233 154 0,0% 165 159 33 33 M01AC OXICAMES 0,8% 4.171 5.982 1,1% 19 21 34 30 N03AG DERIVES DES ACIDES GRAS 0,8% 4.134 2.603 0,5% 52 50 35 29 R01AD CORTICOSTEROIDES 0,8% 4.111 9.130 1,7% 13 12 36 31 C07AB BETA-BLOQUANTS SELECTIFS 0,8% 4.107 10.026 1,9% 11 11 37 37 A10AD INSULINES ET ANAL. A ACTION INTERMEDIAIRE AVEC DEBUT D'ACTION RAPIDE 0,8% 4.039 4.048 0,8% 33 34 38 36 N02AX AUTRES OPIACES 0,8% 4.012 2.337 0,4% 57 59 39 44 B01AC INHIBITEURS DE L'AGREGATION PLAQUETTAIRE, SAUF L'HEPARINE 0,8% 3.982 2.218 0,4% 60 68 40 39 C09CA ANTAGONISTES DE L'ANGIOTENSINE II, SIMPLES 0,7% 3.837 5.944 1,1% 20 23 41 28 J01CR ASSOCIATIONS DE PENICILLINES, INHIB. DE LA BETALACTAMASE INCLUS 0,7% 3.834 2.531 0,5% 55 53 42 43 L02BB ANTI-ANDROGENES 0,7% 3.813 814 0,2% 114 118 43 40 A10AC INSULINES ET ANALOGUES A ACTION INTERMEDIAIRE 0,7% 3.627 3.619 0,7% 36 37 44 35 J01AA TETRACYCLINES 0,7% 3.546 2.592 0,5% 53 49 45 46 L02BG INHIBITEURS D'ENZYMES 0,7% 3.509 785 0,2% 115 115 46 38 L02BA ANTI-ESTROGENES 0,7% 3.393 4.482 0,9% 27 30 47 50 N04BC AGONISTES DE LA DOPAMINE 0,6% 3.183 816 0,2% 113 111 48 45 R05CB MUCOLYTIQUES 0,6% 3.167 1.823 0,3% 67 83 49 57 J05AG INHIBITEURS NON-NUCLEOSIDIQUES DE LA TRANSCRIPTASE REVERSE 0,6% 3.111 373 0,1% 133 142 50 55 C01DX AUTRES VASODILATATEURS POUR MALADIES CARDIAQUES 0,6% 3.002 6.724 1,3% 17 18 51 49 D01BA ANTIMYCOSIQUES A USAGE SYSTEMIQUE 0,6% 2.965 1.333 0,3% 83 81 52 72 N05AL BENZAMIDES 0,6% 2.957 944 0,2% 102 121 53 53 M01AB DERIVES DE L'ACIDE ACETIQUE ET SUBSTANCES APPARENTEES 0,6% 2.921 5.033 1,0% 24 25 54 63 M01AH COXIBS 0,6% 2.904 2.080 0,4% 62 58 55 47 A07EC MESALAZINE ET SIMILAIRES 0,6% 2.875 2.793 0,5% 48 48 56 58 R06AE DERIVES DE LA PIPERAZINE 0,6% 2.873 5.316 1,0% 22 31 57 54 J01FA MACROLIDES 0,5% 2.690 821 0,2% 112 101 58 68 R03DC ANTAGONISTES DES RECEPTEURS DES LEU ...
VAN PENICILLINES, INCL. BETALACTAMASE-REMMERS 0,7% 3.834 2.531 0,5% 55 53 42 43 L02BB ANTI-ANDROGENEN 0,7% 3.813 814 0,2% 114 118 43 40 A10AC MIDDELLANGWERKENDE INSULINES EN ANALOGEN 0,7% 3.627 3.619 0,7% 36 37 44 35 J01AA TETRACYCLINES 0,7% 3.546 2.592 0,5% 53 49 45 46 L02BG ENZYMREMMERS 0,7% 3.509 785 0,2% 115 115 46 38 L02BA ANTI-OESTROGENEN 0,7% 3.393 4.482 0,9% 27 30 47 50 N04BC DOPAMINE-AGONISTEN 0,6% 3.183 816 0,2% 113 111 48 45 R05CB MUCOLYTICA 0,6% 3.167 1.823 0,3% 67 83 49 57 J05AG NIET-NUCLEOSIDE REVERSE TRANSCRIPTASEREMMERS 0,6% 3.111 373 0,1% 133 142 50 55 C01DX OVERIGE VASODILATANTIA BIJ HARTZIEKTEN 0,6% 3.002 6.724 1,3% 17 18 51 49 D01BA ANTIMYCOTICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK 0,6% 2.965 1.333 0,3% 83 81 52 72 N05AL BENZAMIDEN 0,6% 2.957 944 0,2% 102 121 53 53 M01AB AZIJNZUURDERIVATEN EN VERWANTE STOFFEN 0,6% 2.921 5.033 1,0% 24 25 54 63 M01AH COXIBS 0,6% 2.904 2.080 0,4% 62 58 55 47 A07EC MESALAZINE EN VERWANTE VERBINDINGEN 0,6% 2.875 2.793 0,5% 48 48 56 58 R06AE PIPERAZINEDERIVATEN 0,6% 2.873 5.316 1,0% 22 31 57 54 J01FA MACROLIDEN 0,5% 2.690 821 0,2% 112 101 58 68 R03DC LEUKOTRIEENRECEPTORANTAGONISTEN 0,5% 2.580 1.397 0,3% 82 96 59 59 G03DB PREGNADIEENDERIVATEN 0,5% 2.482 4.258 0,8% 29 28 60 60 R06AX OVERIGE ANTIHISTAMINICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK 0,5% 2.471 4.248 0,8% 30 32 61 48 A02BA H2-RECEPTORBLOKKERENDE MIDDELEN 0,5% 2.462 3.303 0,6% 42 36 62 56 G03DA PREGN-4-EEN DERIVATEN 0,5% 2.452 5.587 1,1% 21 20 63 65 N02AB FENYLPIPERIDINEDERIVATEN 0,4% 2.181 659 0,1% 122 85 64 64 G03AB PROGESTAGENEN MET OESTROGENEN, SEQUENTIELE PREPARATEN 0,4% 2.077 10.544 2,0% 9 7 65 * N06DA CHOLINESTERASEREMMERS 0,4% 2.077 689 0,1% 119 * 66 61 G03CA NATUURLIJKE EN SEMISYNTHETISCHE OESTROGENEN, ENKELVOUDIG 0,4% 2.042 13.179 2,5% 6 4 67 66 M01AE PROPIONZUURDERIVATEN 0,4% 2.036 4.859 0,9% 25 26 68 51 L03AA COLONY STIMULATING FACTORS (BLOEDGROEIFACTOREN) 0,4% 2.024 21 0,0% 226 223 69 * L03AX OVERIGE CYTOKINES EN IMMUNOMODULERENDE MIDDELEN 0,4% 1.980 124 0,0% 176 * 70 52 R03A ...

Anti-inflammatoires non stéroïdiens: lorsque les antagonistes de l'angiotensine II sont administrés simultanément avec des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c'est à dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l'acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l'effet anti-hypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-2-receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (b.v. selectieve COX-2- remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

Anti-inflammatoires non stéroïdiens : lorsque les antagonistes de l'angiotensine II sont administrés simultanément avec des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c'est-à-dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l'acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l'effet anti-hypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-2-receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (b.v. selectieve COX-2 remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

Anti-inflammatoires non stéroïdiens : lorsque les antagonistes de l’angiotensine II sont administrés simultanément avec des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c’est à dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l’acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l’effet anti-hypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-2-receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (b.v. selectieve COX-2- remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

Anti-inflammatoires non stéroïdiens : lorsque des antagonistes de l'angiotensine II sont administrés simultanément à des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c'est-à-dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l'acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l'effet anti-hypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-II receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (bijv. selectieve COX-2 remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

Anti-inflammatoires non stéroïdiens: lorsque les antagonistes de l'angiotensine II sont administrés simultanément avec des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c'est-à-dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l'acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l'effet antihypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-2-receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (b.v. selectieve COX-2 remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

62 S01EE ANALOGUES DE LA PROSTAGLANDINE 0,4% 11.214 100,0% 14.641 0,4% 56 63 J01DC CEPHALOSPORINES DE LA DEUXIEME GENERATION 0,4% 11.026 100,0% 9.200 0,2% 69 64 N04BA DOPA ET SES DERIVES 0,4% 10.804 100,0% 7.636 0,2% 79 65 J05AR ANTIVIRAUX POUR LE TRAITEMENT DES INFECTIONS A VIH, ASSOCIATIONS 0,4% 10.776 100,0% 612 0,0% 169 66 C03DA ANTAGONISTES DE L'ALDOSTERONE 0,4% 10.627 100,0% 19.701 0,5% 49 67 C07AG ALPHA- ET BETA-BLOQUANTS 0,4% 10.148 100,0% 14.393 0,4% 58 68 C01BC ANTIARYTHMIQUES, CLASSE IC 0,4% 9.710 100,0% 11.984 0,3% 62 69 A10BA BIGUANIDES 0,4% 9.545 100,0% 54.956 1,5% 14 70 C01DA NITRATES ORGANIQUES 0,4% 9.439 100,0% 21.837 0,6% 44 71 C03CA SULFAMIDES 0,3% 9.222 100,0% 59.754 1,6% 12 72 C03EA DIURETIQUE DU TUBE DISTAL ET D'EPARGNE POTASSIQUE 0,3% 9.222 100,0% 50.448 1,4% 16 73 N05AL BENZAMIDES 0,3% 9.211 100,0% 3.399 0,1% 112 74 C07AA BETA-BLOQUANTS NON SELECTIFS 0,3% 9.074 100,0% 35.073 0,9% 30 75 D01BA ANTIMYCOSIQUES A USAGE SYSTEMIQUE 0,3% 9.042 100,0% 6.422 0,2% 88 76 C10AB FIBRATES 0,3% 9.019 100,0% 33.185 0,9% 31 77 N07CA PREPARATIONS ANTIVERTIGINEUSES 0,3% 8.643 100,0% 28.949 0,8% 34 78 A07EC MESALAZINE ET SIMILAIRES 0,3% 8.439 100,0% 8.806 0,2% 71 79 C02AC AGONISTES DES RECEPTEURS DE L'IMIDAZOLINE 0,3% 8.342 100,0% 20.708 0,6% 47 80 L02BB ANTI-ANDROGENES 0,3% 8.014 100,0% 1.658 0,0% 130 81 C10AX AUTRES HYPOLIPIDEMIANTS 0,3% 7.557 100,0% 5.345 0,1% 98 82 A10BX AUTRES HYPOGLYCEMIANTS ORAUX 0,3% 7.376 100,0% 10.700 0,3% 67 83 J01AA TETRACYCLINES 0,3% 7.278 100,0% 7.067 0,2% 84 84 M01AX AUTRES ANTI-INFLAMMATOIRES/ANTIRHUMASTISMAUX NON STEROIDIENS 0,3% 7.222 100,0% 11.384 0,3% 64 85 G04CA ALPHABLOQUANTS 0,3% 7.152 100,0% 12.307 0,3% 61 86 H03AA HORMONES THYROIDIENNES 0,3% 7.136 100,0% 74.758 2,0% 11 87 L03AX AUTRES CYTOKINES ET IMMUNOMODULATEURS 0,3% 6.993 100,0% 276 0,0% 197 88 J05AE INHIBITEURS DE LA PROTEASE 0,3% 6.904 100,0% 540 0,0% 176 TOTAL 90,2% 2.433.356 - 3.257.078 87,8% -
63 J01DC CEFALOSPORINES VAN DE TWEEDE GENERATIE 0,4% 11.026 100,0% 9.200 0,2% 69 64 N04BA DOPA EN -DERIVATEN 0,4% 10.804 100,0% 7.636 0,2% 79 65 J05AR ANTIVIRALE MIDDELEN VOOR THERAPIE VAN HIV-INFECTIES, COMBINATIEPREP. 0,4% 10.776 100,0% 612 0,0% 169 66 C03DA ALDOSTERONANTAGONISTEN 0,4% 10.627 100,0% 19.701 0,5% 49 67 C07AG ALFA- EN BETA-BLOKKERS 0,4% 10.148 100,0% 14.393 0,4% 58 68 C01BC ANTI-ARITMICA (KLASSE IC) 0,4% 9.710 100,0% 11.984 0,3% 62 69 A10BA BIGUANIDEN 0,4% 9.545 100,0% 54.956 1,5% 14 70 C01DA ORGANISCHE NITRATEN 0,4% 9.439 100,0% 21.837 0,6% 44 71 C03CA SULFONAMIDEN 0,3% 9.222 100,0% 59.754 1,6% 12 72 C03EA " LOW-CEILING" DIURETICA MET KALIUMSPARENDE MIDDELEN 0,3% 9.222 100,0% 50.448 1,4% 16 73 N05AL BENZAMIDEN 0,3% 9.211 100,0% 3.399 0,1% 112 74 C07AA BETA-BLOKKERS, NIET-SELECTIEVE 0,3% 9.074 100,0% 35.073 0,9% 30 75 D01BA ANTIMYCOTICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK 0,3% 9.042 100,0% 6.422 0,2% 88 76 C10AB FIBRATEN 0,3% 9.019 100,0% 33.185 0,9% 31 77 N07CA ANTIVERTIGO PREPARATEN 0,3% 8.643 100,0% 28.949 0,8% 34 78 A07EC MESALAZINE EN VERWANTE VERBINDINGEN 0,3% 8.439 100,0% 8.806 0,2% 71 79 C02AC IMIDAZOLINE-RECEPTORAGONISTEN 0,3% 8.342 100,0% 20.708 0,6% 47 80 L02BB ANTI-ANDROGENEN 0,3% 8.014 100,0% 1.658 0,0% 130 81 C10AX OVERIGE HYPOLIPEMIERENDE MIDDELEN 0,3% 7.557 100,0% 5.345 0,1% 98 82 A10BX OVERIGE ORALE HYPOGLYKEMIERENDE MIDDELEN 0,3% 7.376 100,0% 10.700 0,3% 67 83 J01AA TETRACYCLINES 0,3% 7.278 100,0% 7.067 0,2% 84 84 M01AX OVERIGE NIET-STEROIDE ANTIINFLAMMATOIRE/ANTIRHEUMATISCHE MIDDELEN 0,3% 7.222 100,0% 11.384 0,3% 64 85 G04CA ALFA-BLOKKERS 0,3% 7.152 100,0% 12.307 0,3% 61 86 H03AA SCHILDKLIERHORMONEN 0,3% 7.136 100,0% 74.758 2,0% 11 87 L03AX OVERIGE CYTOKINES EN IMMUNOMODULERENDE MIDDELEN 0,3% 6.993 100,0% 276 0,0% 197 88 J05AE PROTEASE-INHIBITOREN 0,3% 6.904 100,0% 540 0,0% 176 TOTAAL 90,2% 2.433.356 - 3.257.078 87,8% -

Anti-inflammatoires non stéroïdiens : lorsque les antagonistes de l’angiotensine II sont administrés simultanément avec des anti-inflammatoires non stéroïdiens (c’est-à-dire les inhibiteurs sélectifs de la cyclo-oxygénase de type 2 (COX-2), l’acide acétylsalicylique (> 3 g/jour) et les anti-inflammatoires non stéroïdiens non sélectifs), une atténuation de l’effet antihypertenseur peut se produire.
Niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (NSAID's): wanneer angiotensine-2-receptorantagonisten gelijktijdig worden toegediend met niet-steroïde anti-inflammatoire middelen (b.v. selectieve COX-2 remmers, acetylsalicylzuur (> 3 g/dag) en niet-selectieve NSAID's), kan het antihypertensieve effect verzwakken.

La fluormétholone est un corticostéroïde ayant un effet anti-inflammatoire et un mécanisme de vasoconstriction.
Fluormetholon is een corticosteroïd met een ontstekingremmende en vaatvernauwende werking.