Lorsque les valeurs se situent à la limite de la normale, l’indication d’un apport en fer est relative, et la décision dépendra de la présence éventuelle de symptômes (p. ex. on prescrira plus rapidement du fer à une femme avec un taux d’hémoglobine de 11 g/100 ml qui se plaint de fatigue).
Bij de grenswaarden is de indicatie voor ijzertoediening relatief, en zal de beslissing afhangen van hoe de vrouw zich voelt (bv. bij een vrouw met een hemoglobinemie van 11 g/100 ml maar met klachten van vermoeidheid zal men vlugger geneigd zijn ijzer voor te schrijven).