Pour l’administration, il faut éviter tout équipement contenant de l’aluminium pouvant entrer en contact avec le cisplatine (sets de perfusion intraveineuse, aiguilles, cathéters, seringues) (voir rubrique 6.2.).
Bij de toediening moeten alle hulpmiddelen die aluminium bevatten en die in contact zouden kunnen komen met cisplatine (sets voor intraveneuze infusie, naalden, katheters, spuiten), vermeden worden (zie rubriek 6.2).