En cas d’administration simultanée d’un thrombolytique (spécifique ou non à la fibrine) l’énoxaparine doit être administrée dans la période entre 15 minutes avant et 30 minutes après l’initiation du traitement fibrinolytique.
Bij gelijktijdige toediening met een trombolyticum (al dan niet fibrinespecifiek) moet enoxaparine toegediend worden in de periode tussen 15 minuten vóór en 30 minuten na de start van de fibrinolytische behandeling.