Traduction de «fois la lsn asat » (Français → Néerlandais) :

Tests de la fonction hépatique Augmentation de la bilirubine totale de 1,5 fois la LSN ASAT : > LSN (peut être normale ou < LSN si la bilirubine totale est > LSN) Augmentation de la bilirubine totale > à 1,5 fois la LSN et < 3,0 fois la LSN ASAT quelle que soit la valeur Augmentation de la bilirubine totale > 3,0 fois la LSN et < 10 fois la LSN ASAT quelle que soit la valeur
Leverfunctie testen Totaal bilirubine: = 1,5 ULN AST: > ULN (kan normaal zijn of < ULN als totaal bilirubine > ULN is) Totaal bilirubine: > 1,5–3,0 ULN AST: elke waarde Totaal bilirubine: > 3–10 ULN AST: elke waarde

[NOM DE MÉDICAMENT] ne doit pas être administré aux patients dont les taux d’ASAT ou d’ALAT avant l'instauration du traitement sont supérieurs à 5 fois la LSN, et tant que les taux initiaux d’ASAT/ALAT ne sont pas stabilisés à des taux < 5 fois la LSN (voir rubrique 4.3).
Nevirapin Sandoz mag aan patiënten met een pretherapeutische ASAT- of ALAT-spiegel > 5x BLN pas worden toegediend als de ASAT-/ALAT-spiegel gestabiliseerd is op < 5x BLN (zie rubriek 4.3).

Patients présentant une insuffisance hépatique sévère (Child-Pugh classe C) ou des taux d’ASAT ou d’ALAT supérieurs à 5 fois la LSN avant l’instauration du traitement, jusqu’à ce que les taux initiaux d’ASAT/ALAT soient stabilisés à des taux inférieurs à 5 fois la LSN.
Patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie (Child-Pugh C) of met een pretherapeutische ASAT- of ALAT-spiegel > 5x BLN tot de ASAT/ALAT-spiegel is gestabiliseerd < 5x BLN.

Dans le traitement de l’adénocarcinome gastrique, en association avec le cisplatine et le 5- fluorouracile, l’étude pivotale a exclu les patients présentant un taux de transaminases (ASAT et/ou ALAT) > 1,5 fois la LSN associé à des phosphatases alcalines > 2,5 fois la LSN et un taux de bilirubine > 1 fois la LSN : en conséquence pour ces patients, aucune réduction de dose ne peut être recommandée et le docétaxel ne doit pas être administré sauf si il est strictement indiqué.
Voor de behandeling van patiënten met maagdarmkanker in combinatie met cisplatine en 5- fluorouracil, sluit de pivotale klinische studie patiënten uit met ALT en/of AST > 1,5 x ULN geassocieerd met alkalische fosfatase > 2,5 x ULN en bilirubine > 1 x ULN; voor deze patiënten kunnen geen dosisaanpassingen aanbevolen worden en dient docetaxel niet gebruikt te worden, tenzij strikt noodzakelijk.

Dans le traitement de l’adénocarcinome gastrique en association avec le cisplatine et le 5 fluorouracile, l’étude pivotale a exclu les patients présentant un taux de transaminases (ASAT et/ou ALAT) > 1,5 fois la LSN associé à des phosphatases alcalines > 2,5 fois la LSN et un taux de bilirubine > 1 fois la LSN : en conséquence pour ces patients, aucune réduction de dose ne peut être recommandée et le docétaxel ne devrait pas être administré sauf si il est strictement indiqué.
Voor de behandeling van patiënten met maagdarmkanker in combinatie met cisplatine en 5- fluorouracil, sluit de pivotale klinische studies patiënten uit met ALT en/of AST > 1,5 x ULN geassocieerd met alkalische fosfatase > 2,5 x ULN en bilirubine > 1 x ULN; voor deze patiënten kunnen geen dosisaanpassingen aanbevolen worden en dient docetaxel niet gebruikt te worden, tenzij strikt noodzakelijk.

Dans le traitement de l’adénocarcinome gastrique, en association avec le cisplatine et le 5-fluorouracile, l’étude pivotale a exclu les patients présentant un taux de transaminases (ASAT et/ou ALAT) > 1,5 fois la LSN associé à des phosphatases alcalines > 2,5 fois la LSN et un taux de bilirubine > 1 fois la LSN : en conséquence pour ces patients, aucune réduction de dose ne peut être recommandée et le docétaxel ne doit pas être administré sauf si il est strictement indiqué.
Voor de behandeling van patiënten met adenocarcinoom van de maag in combinatie met cisplatine en 5-fluorouracil, sloot de centrale klinische studie patiënten uit met ALT en/of AST > 1,5 x ULN geassocieerd met alkalische fosfatase > 2,5 x ULN en bilirubine > 1 x ULN; voor deze patiënten kunnen geen dosisaanpassingen aanbevolen worden en dient docetaxel niet gebruikt te worden, tenzij strikt noodzakelijk.

Dans le traitement de l’adénocarcinome gastrique en association avec le cisplatine et le 5-fluorouracile, l’étude pivotale a exclu les patients présentant un taux de transaminases (ASAT et/ou ALAT) > 1,5 fois la LSN associé à des phosphatases alcalines > 2,5 fois la LSN et un taux de bilirubine > 1 fois la LSN : en conséquence pour ces patients, aucune réduction de dose ne peut être recommandée et le docétaxel ne doit pas être administré sauf si il est strictement indiqué.
Voor de behandeling van patiënten met adenocarcinoom van de maag in combinatie met cisplatine en 5-fluorouracil, sloot de centrale klinische studies patiënten uit met ALT en/of AST > 1,5 x ULN geassocieerd met alkalische fosfatase > 2,5 x ULN en bilirubine > 1 x ULN; voor deze patiënten kunnen geen dosisaanpassingen aanbevolen worden en dient docetaxel niet gebruikt te worden, tenzij strikt noodzakelijk.

Au cours des études cliniques, les patients présentant des taux de l’alanine aminotransférase (ALAT) et/ou de l’aspartate aminotransférase (ASAT) > 2,5 fois la limite supérieure de la normale (ou > 5 x LSN, si l’augmentation était liée à la maladie) et/ou des taux de bilirubine totale > 1,5 fois la LSN, étaient exclus.
Bij de klinisch onderzoeken werden patiënten met alaninetransaminase (ALT) en/of aspartaattransaminase (AST) > 2,5 (of > 5, indien gerelateerd aan ziekte) keer de bovengrens van de normaalwaarde en/of totale bilirubine > 1,5 keer de bovengrens van de normaalwaarde, uitgesloten van deelname.

- Augmentation des transaminases (ASAT ou ALAT) à plus de 2,5 fois la LSN (en cas de monothérapie) ou > 5 x LSN (en cas de thérapie combinée), non corrigée le jour 21
- verhoging van de aminotransferasewaarde (ASAT of ALAT) > 2,5 x ULN (monotherapie) of > 5 x ULN (combinatietherapie) wat zich op dag 21 nog niet heeft hersteld

Pour les patients avec un CRA et une insuffisance hépatique sévère (bilirubine totale > 3 fois la LSN avec anomalie des ASAT, ou telle que définie selon la classe C de Child-Pugh), la dose recommandée lorsque ces patients ont une numération plaquettaire de base 100 x 10 9 /l est de 10 mg en intraveineux une fois par semaine administrés en perfusion d'une durée de 30 à 60 minutes (voir rubrique 4.2).
Voor patiënten met RCC, ernstige leverinsufficiëntie (totaal bilirubine > 3 maal ULN met enige abnormaliteit van AST, of zoals gedefinieerd door Child-Pugh Klasse C) en baseline aantal bloedplaatjes 100 x 10 9 /l, is de aanbevolen dosis 10 mg intraveneus, eenmaal per week gedurende een 30-60 minuten durende infusie (zie rubriek 4.2).