La variabilité intra-individuelle élevée de la coagulabilité durant les maladies, et la possibilité d’interactions entre les anticoagulants oraux et les chimiothérapies anticancéreuses nécessitent d’augmenter la fréquence des contrôles de l’INR, si on décide de traiter ces patients par anticoagulants oraux.
Wegens de hoge intra-individuele variabiliteit van de stolbaarheid tijdens ziekten en de mogelijke interactie tussen orale anticoagulantia en kankerchemotherapie moet de INR vaker worden gecontroleerd als wordt beslist om de patiënt te behandelen met orale anticoagulantia.