Un dividende de 25 EUR net est recueilli en Belgique, en 2002, pour une action de société qui ne bénéficie pas d’un régime fiscal dérogatoire ; ce montant correspond au solde du dividende subsistant après le prélèvement d’un précompte mobilier de 25 %, suivi d’un prélèvement de frais de garde et d’encaissement de 1 EUR ; le montant à déclarer au Fisc le cas échéant (déclaration facultative), mais à prendre toujours en compte dans le cadre de l’intervention majorée s’établit comme suit :
Een dividend van 25 EUR netto werd ontvangen in België, in 2002, voor een aandeel van een vennootschap die niet geniet van een afwijkend fiscaal regime; dit bedrag stemt overeen met het verschil tussen een dividend dat overblijft na de roerende voorheffing van 25 %, gevolgd door een heffing voor innings- en bewaringskosten van 1 EUR; het desgevallend aan de fiscus aan te geven bedrag (facultatieve aangifte), maar steeds in aanmerking te nemen in het kader van de VT, wordt als volgt berekend: