La possibilité d'une perturbation importante de l'hématopoièse doit être gardée à l'esprit en cas de (pré)traitement par des médicaments qui influencent la moelle osseuse (à savoir agents cytostatiques, sulfamides, chloramphénicol, diphénylhydantoïne, dérivés de l'amidopyrine, antirétroviraux).
De mogelijkheid van een uitgesproken verstoring van de hematopoëse moet steeds in gedachten worden gehouden bij een (voor-)behandeling met geneesmiddelen die het beenmerg beïnvloeden (zoals cytostatische agentia, sulfonamide, chlooramfenicol, difenylhydantoïne, amidopyrine derivaten, antiretrovirale agentia).