Traduction de «glucose solution » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

glucose | glucose
glucose | druivesuiker

hypoglycémie | taux anormalement bas de glucose dans le sang
hypoglykemie | te laag gehalte aan bloedsuiker

hyperglycémie | taux anormalement élevé de glucose dans le sang
hyperglykemie | verhoogd suikergehalte in het bloed

glucosurie | présence anormale de glucose dans l'urine
glucosurie | te grote hoeveelheid suiker in de urine

glucoside | substance d'origine végétale (< glucose + fraction non glucidique)
glycoside | plantaardige stof met suikerbestanddeel

solution | solution
solutio | oplossing

produit contenant du glucose
product dat glucose bevat

produit contenant du glucose sous forme orale
product dat glucose in orale vorm bevat

produit contenant de la caféine et du glucose
product dat coffeïne en glucose bevat

produit contenant du glucose sous forme oculaire
product dat glucose in oculaire vorm bevat

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

B03B VITAMINE B12 ET ACIDE FOLIQUE B03BB acide folique et dérivés B03BB01 Folique (acide) B05 SUBSTITUTS DU SANG ET SOLUTIONS POUR IRRIGATIONS B05B SOLUTIONS I. V. B05BA Solutions pour nutrition parentérale B05BA03 Glucose en eau distillée ampoule 5 ml 5 à 10%, Glucose en eau distillée ampoule 10 ml 5 à 10%, Glucose en eau distillée ampoule 20 ml 5 à 10%, Glucose solution hypertonique ampoule 10 ml 20 à 30%, Glucose solution hypertonique ampoule 20 ml 20 à 30%, Glucose solution hypertonique ampoule 10 ml 50%, Glucose solution hypertonique ampoule 20 ml 50% B05BB Solutions concernant la balance électrolytique B05BB99B Sodium chlorure (ampoule ou vial) 1 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure (ampoule ou vial) 2 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure (ampoule ou vial) 5 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure (ampoule ou vial) 10 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure (ampoule ou vial) 20 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure (ampoule ou vial) 50 ml 0,9 à 10% , Sodium chlorure (ampoule ou vial) 100 ml 0,9 à 10%, Sodium chlorure ampoule 10 ml à 20% B05C SOLUTIONS POUR IRRIGATIONS B05CB solutions de sels B05CB02 Sodium citrate ampoule 50 mg B05CB04 Sodium (bicarbonate de) C SYSTEME CARDIOVASCULAIRE C01 THERAPIE CARDIAQUE C01B ANTIARYTHMIQUES, CLASSES I ET III C01BA antiarythmiques, (classe Ia) C01BA01 Quinidine (sulfate de) C01BB antiarythmiques, (classe Ib) C01BB01 Lidocaïne C01BB01 Lidocaïne (chlorhydrate de) C01C STIMULANTS CARDIAQUES SAUF GLYCOSIDES CARDIOTONIQUES C01CA produits adrénergiques et dopaminergiques C01CA24 Adrénaline tartrate ampoule 1 mg C01E AUTRES PREPARATIONS A VISEE CARDIAQUE C01EB autres médicaments à visée cardiaque C01EB03 Indométacine PAS CHAP.
B03BB01 Foliumzuur B05 BLOEDSUBSTITUTEN EN IRRIGATIEVLOEISTOFFEN B05B I. V. OPLOSSINGEN B05BA Oplossingen voor parenterale voeding B05BA03 Glucose in gedistilleerd water ampul 5 ml 5 à 10%, Glucose in gedistilleerd water ampul 10 ml 5 à 10%, Glucose in gedistilleerd water ampul 20 ml 5 à 10%, Glucose hypertonische oplossing ampul 10 ml 20 à 30%, Glucose hypertonische oplossing ampul 20 ml 20 à 30%, Glucose hypertonische oplossing ampul 10 ml 50%, Glucose hypertonische oplossing ampul 20 ml 50% B05BB Oplossingen betreffende elektolytische balans B05BB99B Natriumchloride (ampul of vial) 1 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 2 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 5 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 10 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 20 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 50 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride (ampul of vial) 100 ml 0,9 à 10%, Natriumchloride ampul 10 ml 20% B05C IRRIGATIEVLOEISTOFFEN B05CB zoutoplossingen B05CB02 Natriumcitraat ampul 50 mg B05CB04 Natriumwaterstofcarbonaat C CARDIOVASCULAIR STELSEL C01 CARDIACA C01B ANTI-ARITMICA, KLASSEN I EN III C01BA anti-aritmica (klasse I a) C01BA01 Kinidinesulfaat C01BB anti-aritmica (klasse I b) C01BB01 Lidocaïne C01BB01 Lidocaïnehydrochloride C01C HARTSTIMULERENDE MIDDELEN, UITGEZONDERD HARTGLYCOSIDEN C01CA adrenerge en dopaminerge middelen C01CA24 Adrenalinetartraat ampul 1 mg C01E OVERIGE CARDIACA C01EB overige cardiaca C01EB03 Indometacine GEEN HFDST.

G Apomorphine (chlorhydrate d’) 5 mg (X) PIECE 2,7944 G Apomorphine (chlorhydrate d’) 10 mg (X) PIECE 4,4400 G Atropine (sulfate d’) 0,25 mg (X) PIECE 0,4163 G Atropine (sulfate d’) 0,50 mg (X) PIECE 0,4308 G Atropine (sulfate d’) 1 mg (X) PIECE 0,5120 G Bleu de méthylène 10 mg (X) PIECE 1,4514 G Calcium (chlorure de) 10 ml/1 g (X) PIECE 1,1278 G Calcium (gluconate de) 10 ml/1 g (X) PIECE 0,5702 G Diprophylline 3 ml/300 mg (X) PIECE 0,4710 G Eau pour injection 2 ml (X) PIECE 0,4778 G Eau pour injection 5 ml (X) PIECE 0,5635 G Eau pour injection 10 ml (X) PIECE 0,4366 G Eau pour injection 20 ml (X) PIECE 0,5410 G Glucose en eau distillée 5 ml 5 à 10% (X) PIECE 0,3347 G Glucose en eau distillée 10 ml 5 à 10% (X) PIECE 1,1575 G Glucose en eau distillée 20 ml 5 à 10% (X) PIECE 0,4586 G Glucose solution hypertonique 10 ml 20 à 30% (X) PIECE 0,6445 G Glucose solution hypertonique 20 ml 20 à 30% (X) PIECE 0,7933 G Glucose solution hypertonique 10 ml 50% (X) PIECE 1,2020 G Glucose solution hypertonique 20 ml 50% (X) PIECE 1,6250 G Histamine (chlorhydrate de) 1 mg (X) PIECE 0,3842 G Magnésium (sulfate de) 10 ml/1 g (X) PIECE 0,8615 G Magnésium (sulfate de) 10 ml/3 g (X) PIECE 1,9277 G Magnésium (thiosulfate de) 10 ml/1 g (X) PIECE 0,9916 G Morphine (chlorhydrate de) 10 mg (X) PIECE 0,6600 G Morphine (chlorhydrate de) 20 mg (X) PIECE 0,9471 G Morphine (chlorhydrate de) 30 mg (X) PIECE 1,1664 G Oestradiol (monobenzoate de) 5 mg (III) PIECE 0,6941 G Oestradiol (monobenzoate de) 2 ml/10 mg (III) PIECE 0,4338
b) De dosering van de ampullen is uitgedrukt in adrenaline basis] G Apomorfinehydrochloride 5 mg (X) STUK 2,7944 G Apomorfinehydrochloride 10 mg (X) STUK 4,4400 G Atropinesulfaat 0,25 mg (X) STUK 0,4163 G Atropinesulfaat 0,50 mg (X) STUK 0,4308 G Atropinesulfaat 1 mg (X) STUK 0,5120 G Calciumchloride 10 ml/1 g (X) STUK 1,1278 G Calciumgluconaat 10 ml/1 g (X) STUK 0,5702 G Diprofylline 3 ml/300 mg (X) STUK 0,4710 G Glucose in gedistilleerd water 5 ml 5 à 10% (X) STUK 0,3347 G Glucose in gedistilleerd water 10 ml 5 à 10% (X) STUK 1,1575 G Glucose in gedistilleerd water 20 ml 5 à 10% (X) STUK 0,4586 G Glucose hypertonische oplossing 10 ml 20 à 30% (X) STUK 0,6445 G Glucose hypertonische oplossing 20 ml 20 à 30% (X) STUK 0,7933 G Glucose hypertonische oplossing 10 ml 50% (X) STUK 1,2020 G Glucose hypertonische oplossing 20 ml 50% (X) STUK 1,6250 G Histaminehydrochloride 1 mg (X) STUK 0,3842 G Kaliumchloride 10 ml/1 g (X) STUK 1,0670 G Magnesiumsulfaat 10 ml/1 g (X) STUK 0,8615 G Magnesiumsulfaat 10 ml/3 g (X) STUK 1,9277 G Magnesiumthiosulfaat 10 ml/ 1 g (X) STUK 0,9916 G Methyleenblauw 10 mg (X) STUK 1,4514 G Morfinehydrochloride 10 mg (X) STUK 0,6600 G Morfinehydrochloride 20 mg (X) STUK 0,9471 G Morfinehydrochloride 30 mg (X) STUK 1,1664 G Natriumchloride (amp.) 10 ml 20% (X) STUK 1,1632 G Natriumchloride (amp. of vial) 1 ml 0,9 à 10% (X) STUK 0,2603 G Natriumchloride (amp. of vial) 2 ml 0,9 à 10% (X) STUK 0,5075 G Natriumchloride (amp. of vial) 5 ml 0,9 à 10% (X) STUK 0,6826 G Natriumchloride (amp. of vial) 10 ml 0,9 à 10% (X) STUK 0,4812 G Natriumchloride (amp. of vial) 20 ml 0,9 à 10% (X) STUK 0,6525 G Natriumchloride (amp. of vial) 50 ml 0,9 à 10% (II) STUK 1,9886 G Natriumchloride (amp. of vial) 100 ml 0,9 à 10% (II) STUK 2,5561 G Natriumcitraat 50 mg (X) STUK 0,8924 G Oestradiolmonobenzoaat 5 mg (III) STUK 0,6941 G Oestradiolmonobenzoaat 2 ml/10 mg (III) STUK 0,4338 G Papaverinehydrochloride 40 mg (X) STUK 0,2603

Elle peut également être diluée avec du glucose (solution glucidique) ou du chlorure de sodium (eau salée) avant d'être perfusé lentement, habituellement par un goutte-à-goutte placé dans une veine, pendant 30 minutes.
Het kan ook worden verdund met glucose (suiker oplossing) of natriumchloride (zout water) vooraleer het traag via een infuus wordt toegediend, gewoonlijk via een druppelinfuus in een ader gedurende 30 minuten.

Il peut également être dilué dans du glucose (solution sucrée) ou du chlorure de sodium (eau salée) avant d’être administré lentement par perfusion intraveineuse, et ce durant 30 minutes.
Of het kan met glucose (suikeroplossing) of natriumchloride (zout water) worden verdund, vooraleer het langzaam wordt gegeven, doorgaans via een infusie in een ader gedurende 30 minuten.

Il peut également être dilué avec du glucose (solution de sucre) ou du chlorure de sodium (eau salée), avant d'être perfusé lentement en 30 minutes, habituellement par un goutte-à-goutte intraveineux.
Het mag ook verdund worden met glucose (suikeroplossing) of natriumchloride (zoutoplossing) voordat het langzaam via een infuus wordt toegediend, meestal via een “druppelinfuus” in een ader gedurende 30 minuten.

Solution injectable à 9 mg/ml (0,9 %) de chlorure de sodium Solution de Lactate de Ringer pour perfusion intraveineuse Solution à 5 % de glucose et solution de Lactate de Ringer pour perfusion intraveineuse Solution à 5 % de glucose et 0,45 % de chlorure de sodium pour perfusion intraveineuse Solution à 5 % de glucose pour perfusion intraveineuse Solution à 5 % de glucose dans 20 mEq de chlorure de potassium pour perfusion intraveineuse Solution à 0,45 % de chlorure de sodium pour perfusion intraveineuse Solution à 5 % de glucose et à 0,9 % de chlorure de sodium pour perfusion intraveineuse
Natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) oplossing voor injectie Samengestelde natriumlactaat intraveneuze infusievloeistof 5% glucose en Ringerlactaat intraveneuze infusievloeistof 5% glucose en 0,45% natriumchloride intraveneuze infusievloeistof 5% glucose intraveneuze infusievloeistof 5% glucose in 20 mEq kaliumchloride intraveneuze infusievloeistof 0,45% natriumchloride intraveneuze infusievloeistof 5% glucose en 0,9% natriumchloride intraveneuze infusievloeistof.

Solution de glucose à 5 % Solution de chlorure de sodium à 9mg/ml (0,9 %) Solution Ringer Lactate Solution de glucose à 5 % et chlorure de sodium à 0.45 % Solution Ringer Lactate et glucose à 5 % Solution de chlorure de potassium à 20 mEq et glucose à 5 %
5% glucose-oplossing natriumchloride-oplossing 9 mg/ml (0,9 %) Ringer-lactaatoplossing 5% glucose/0,45% natriumchloride-oplossing 5% glucose/Ringer-lactaatoplossing 5% glucose/20 mEq kaliumchloride-oplossing

Pour ce faire, on utilisera l’une des solutions suivantes : glucosé à 5%, glucosé à 5% et 0,45% de chlorure de sodium, glucosé à 5% et 0,9% de chlorure de sodium, glucosé à 10%, lactate de Ringer, glucosé à 5% dans une solution de lactate de Ringer, solution de lactate de sodium, solution de chlorure de sodium à 0,9%.
Daartoe wordt één van de volgende oplossingen gebruikt: glucose 5%, glucose 5% en 0,45% Natriumchloride, glucose 5% en 0,9% Natriumchloride, glucose 10%, Ringer-lactaat, glucose 5% in een Ringerlactaatoplossing, natriumlactaatoplossing, 0,9% Natriumchloride oplossing.

LEDERTREXATE pour injection est compatible avec les solutions suivantes : glucose dans solution de Ringer lactate, glucose dans solution de Ringer, glucose dans chlorure de sodium, glucose dans eau, solution de Ringer lactate (solution de Hartmann), chlorure de sodium.
LEDERTREXATE voor injectie is verenigbaar met de volgende oplossingen: glucose in Ringer lactaatoplossing, glucose in Ringer oplossing, glucose in natriumchlorideoplossing, glucose in water, Ringer lactaatoplossing (Hartmann oplossing), natriumchloride.

Immédiatement après la reconstitution, la solution doit être ensuite diluée avec une solution injectable de chlorure de sodium à 9 mg/ml (0,9 %), ou une solution injectable de glucose à 5 %, ou une solution injectable de lactate de Ringer afin d’obtenir une concentration finale de 0,1 à 1,0 mg/ml.
Onmiddellijk na bereiding dient de oplossing verder verdund te worden met een natriumchlorideoplossing voor injectie van 9 mg/ml (0,9%), 5% glucoseoplossing voor injectie of Ringer’s oplossing voor injectie met lactaat, tot een uiteindelijke concentratie van 0,1 tot 1,0 mg/ml.