L’oxygénation tissulaire est rétablie au moment de la reperfusion chez le receveur, un phénomène connu sous les termes IRI. Jusqu’à présent, le SCS reste le standard de prédilection pour la préservation de greffons hépatiques exposés durant le processus de transplantation à trois types d’ischémie: CI in situ (avant le prélèvement), CI ex situ (durant la préservation) et ischémie in situ (durant l’implantation du greffon, juste avant la reperfusion).
De weefseloxygenatie wordt hersteld op het ogenblik dat het orgaan in het lichaam van de ontvanger opnieuw wordt doorstroomd, een fenomeen dat bekend staat als IRI. SCS blijft tot nu toe de gouden standaard voor het bewaren van levertransplantaten. Deze worden tijdens het transplantatieproces blootgesteld aan drie verschillende soorten van ischemie: CI in situ (alvorens ze uit het donorlichaam worden weggenomen), CI ex situ (tijdens de bewaring) en ischemie in situ (tijdens de transplantatie, juist vóór het orgaan opnieuw wordt doorstroomd).