Vertaling van "gêne épigastrique " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Définition: Anxiété généralisée et persistante qui ne survient pas exclusivement, ni même de façon préférentielle, dans une situation déterminée (l'anxiété est flottante ). Les symptômes essentiels sont variables, mais le patient se plaint de nervosité permanente, de tremblements, de tension musculaire, de transpiration, d'un sentiment de tête vide , de palpitations, d'étourdissements et d'une gêne épigastrique. Par ailleurs, le sujet a souvent peur que lui-même ou l'un de ses proches tombe malade ou ait un accident. | Etat anxieux Névrose | Réaction | anxieuse
Omschrijving: Angst die gegeneraliseerd en aanhoudend is, maar niet beperkt tot een bepaalde situatie of daar zelfs maar in overheerst (d.w.z. hij is 'free-floating'). De belangrijkste symptomen zijn wisselend, maar omvatten klachten over voortdurende zenuwachtigheid, beven, spierspanningen, zweten, licht gevoel in het hoofd, hartkloppingen, duizeligheid en een onbehaaglijk gevoel in de maagstreek. Angsten dat de patiënt of een familielid spoedig ziek zal worden of een ongeluk zal krijgen worden vaak genoemd. | Neventerm: | angstneurose | angstreactie | angsttoestand

suppresseur (gène-) | (gène) dont la mutation peut supprimer les effets de mutations d'autres gènes
suppressief | onderdrukkend

hernie:après laparotomie | épigastrique
hernia | cicatricialis | hernia | epigastrica

Douleur épigastrique
dyspepsie NNO | pijn in epigastrio

douleur épigastrique
epigastrische pijn

peau de la zone épigastrique
huid van epigastrische gebied

plénitude épigastrique
epigastrische volheid

hernie épigastrique
epigastrische hernia

épigastrique | relatif à l'épigastre
epigastrisch | met betrekking tot de bovenbuik

pyrosis | brûlure épigastrique
pyrosis | maagzuur

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

constipation, flatulence, gastrite, Fréquent brûlures épigastriques/ reflux acide, diarrhée, dyspepsie/gêne épigastrique, nausées, vomissements, œsophagite, ulcération buccale
opgezette buik, gewijzigd patroon van Soms darmperistaltiek, droge mond, gastroduodenaal ulcus, ulcus pepticum, waaronder gastro-intestinale perforatie en bloeding, prikkelbaredarmsyndroom, pancreatitis ‡

Pancréatite, flatulence, reflux gastroœsophagien, douleur abdominale basse, hypoesthésie orale, saignement gingival, distension abdominale, gêne épigastrique, sensibilité abdominale, hypersécrétion salivaire, douleur buccale, haleine odorante, glossodynie
Pancreatitis, flatulentie, gastrooesofageale refluxziekte, pijn in de onderbuik, hypoesthesie van de mond, bloedend tandvlees, opgezette buik, onaangenaam gevoel in de bovenbuik, gevoelige buik, hypersecretie van speeksel, pijn in de mond, onaangenaam ruikende adem, glossodynie

diarrhée, vomissements, nausées, douleurs abdominales, constipation, gêne épigastrique après les repas (dyspepsie)
diarree, braken, misselijkheid, buikpijn, verstopping (constipatie), maagklachten na de maaltijd

Nombre total de patients 62 traités (N) Evénements [N (%)] Diarrhée 4 (6,5) Vomissements 3 (4,8) Nausées 3 (4,8) Douleur abdominale 1 3 (4,8) Pyrexie 4 (6,5) Eruption cutanée 2 4 (6,5) Augmentation de la gammaglutamyltransférase 4 (6,5) Augmentation des ALAT 2 (3,2) Anémie 2 (3,2) 1 Comprend douleurs abdominales (N = 1), la dysphagie (N = 1) et la gêne épigastrique (N = 1). 2 Le terme éruption cutanée comprend un ou plusieurs des termes préférentiels suivants : éruption
Totaal aantal behandelde patiënten (N) 62 Gebeurtenissen [N(%)] Diarree 4 (6,5) Overgeven 3 (4,8) Misselijkheid 3 (4,8) Buikpijn 1 3 (4,8) Koorts 4 (6,5) Huiduitslag 2 4 (6,5) Verhoogde gamma GT 4 (6,5) Verhoogde ALAT 2 (3,2) Anemie 2 (3,2)

Ce syndrome a également été rapporté chez des patients qui prennent la dose recommandée d'antiacides contenant du calcium pour une gêne épigastrique chronique, et chez les femmes enceintes qui prennent des doses élevées, mais pas vraiment excessives de calcium (environ 3 g de calcium élémentaire par jour).
Dit syndroom werd ook gerapporteerd bij patiënten die de aanbevolen dosis calciumhoudende antacida nemen voor chronische epigastrisch discomfort, en in zwangere vrouwen die hoge, maar niet echt excessieve dosissen calcium innemen (ongeveer 3 g elementair calcium per dag).

Fréquent Vomissements, douleurs abdominales, gêne épigastrique, dyspepsie, météorisme, constipation, flatulences, hypoesthésie buccale, sécheresse buccale
Vaak Braken, buikpijn, last van de maag, dyspepsie, gezwollen buik, constipatie, flatulentie, orale hypo-esthesie, droge mond

œsophagiens (reflux gastro-œsophagien, odynophagie, douleur de l’œsophage, ulcère œsophagien, œsophagite, œsophagite de reflux, dysphagie, gêne épigastrique), neuropathie (névralgie, neuropathie périphérique, paresthésie, neuropathie périphérique motrice, neuropathie périphérique sensorimoteur, trouble sensitif), trouble de la vision (diplopie, photopsie, vision floue, détérioration de la vision, corps flottants du vitré), bradycardie (bradycardie, bradycardie sinusale), et fatigue (asthénie, fatigue). d Incluant 1 événement de grade.
Inclusief gevallen gemeld binnen de clustertermen: oedeem (oedeem, perifeer oedeem), slokdarmgerelateerde aandoening (gastro-oesofageale refluxziekte, odynofagie, slokdarmpijn, slokdarmzweren, oesofagitis, refluxoesofagitis, dysfagie, epigastrisch ongemak), neuropathie (neuralgie, perifere neuropathie, paresthesie, perifere motorische neuropathie, perifere sensorimotorische neuropathie, sensorische stoornis), visusstoornis (diplopie, fotopsie, wazig zien, verminderd gezichtsvermogen, zwevende deeltjes in het oog), bradycardie (bradycardie, sinusbradycardie) en vermoeidheid (asthenie, vermoeidheid)

Un surdosage significatif en naproxène peut provoquer des vertiges, une somnolence, des douleurs épigastriques, une gêne abdominale, une indigestion, des nausées, des troubles transitoires de la fonction hépatique, une hypoprothrombinémie, une dysfonction rénale, une acidose métabolique, des apnées, une désorientation ou des vomissements.
Een significante overdosis van naproxen kan duizeligheid, slaperigheid, epigastrische pijn, last in de buik, indigestie, nausea, tijdelijke leverfunctiestoornissen, hypoprotrombinemie, nierdysfunctie, metabole acidose, apnoe, desoriëntatie of braken teweegbrengen.