Vertaling van "hansen " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Lèpre [maladie de Hansen]
lepra [ziekte van Hansen]

Myosite au cours de:lèpre [maladie de Hansen] (A30.-+) | syphilis (A51.4+, A52.7+)
myositis bij | lepra [ziekte van Hansen] (A30.-) | myositis bij | syfilis (A51.4, A52.7)

Arthrite (au cours de):fièvre typhoïde ou parathyphoïde (A01.-+) | gonococcique (A54.4+) | infection localisée à Salmonella (A02.2+) | lèpre [maladie de Hansen] (A30.-+)
artritis (bij)(door) | gelokaliseerde Salmonella-infectie (A02.2) | artritis (bij)(door) | gonokokken (A54.4) | artritis (bij)(door) | lepra [ziekte van Hansen] (A30.-) | artritis (bij)(door) | typhus abdominalis of paratyfus (A01.-)

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

IV § 17 J04B TRAITEMENT DE LA MALADIE DE HANSEN J04BA traitement de la maladie de Hansen J04BA02 Dapsone CHAP.
IV § 17 J04B BEHANDELING VAN DE ZIEKTE VAN HANSEN J04BA Behandeling van de ziekte van Hansen J04BA02 Dapsone HFDST.

- le traitement de la maladie de Hansen;
- de behandeling van de ziekte van Hansen;

Résultats de la stratégie de recherche Sept publications rapportent les résultats d'une étude originale dans laquelle différentes durées d'administration d'antibiotiques sont comparées (Gerber 1987, Hansen 1983, Schmidt 1982, Schwartz 1981, Strömberg 1988, Wannamaker 1953, Zwart 2000).
Resultaten van de zoekstrategie Zeven publicaties rapporteren de resultaten van een originele studie waarin verschillende periodes van antibioticatoediening vergeleken worden (Gerber 1987, Hansen 1983, Schmidt 1982, Schwartz 1981, Strömberg 1988, Wannamaker 1953, Zwart 2000).

Six études cliniques randomisées ont analysé la durée optimale de prise d'antibiotiques en comparant deux périodes d'administration: cinq jours par rapport à dix (Gerber et al. 1987, Hansen et al. 1983, Strömberg et al. 1988, Wannamaker et al. 1953), sept jours par rapport à dix (Schwartz et al. 1981), et trois jours par rapport à sept (Zwart 1999).
Zes gerandomizeerde klinische studies zochten naar de optimale duur van antibioticumtoediening door twee periodes van toediening te vergelijken: vijf versus tien dagen (Gerber et al 1987, Hansen et al 1983, Strömberg et al 1988, Wannamaker et al 1953), zeven versus tien dagen (Schwartz et al 1981), en drie versus zeven dagen (Zwart 1999).

Le Comité scientifique confirme que, lorsqu’une colonie est contaminée par la loque, l’essaimage artificiel est une technique généralement acceptée (Del Hoyo et al (2001) Journal of Apicultural Research, 40 (2) : 65-69 ; Hansen et Brødsgaard (2003) Apiacta, 23 : 140-145) permettant de se débarrasser des spores pendant quelques années, ce qui permettrait de ne plus avoir à faire de suivi.
Het Wetenschappelijk Comité bevestigt dat wanneer een kolonie besmet is met vuilbroed, het maken van kunstzwermen een algemeen aanvaarde techniek is (Del Hoyo et al (2001) Journal of Apicultural Research, 40 (2) : 65-69 ; Hansen et Brødsgaard (2003) Apiacta, 38 : 140-145) waarmee men zich voor enkele jaren van sporen kan ontdoen zodat geen opvolging meer moet worden gedaan.

Tableau 9 : Valeur D 10 pour les bactéries (Hansen & Shaffer, 2001; Campbell & Li, 1999).
Tabel 9 D 10 – waarde voor bacteriën (Hansen & Shaffer, 2001; Campbell & Li, 1999).

Les microorganismes à Gram négatifs sont les moins résistants, tandis que les moisissures et les levures présentent une résistance intermédiaire (Hansen & Shaffer, 2001).
G- zijn minst resistent en schimmels en gisten zijn intermediair resistent (Hansen & Shaffer, 2001).

La présence de protéines (BMP, par exemple) augmente la radiorésistance des bactéries (Hansen & Shaffer, 2001).
De aanwezigheid van proteïnen (bv. BMPs) verhoogt de radioresistentie van bacteriën (Hansen & Shaffer, 2001).

Il a entre-temps été prouvé que ce transfert était effectivement possible par exocytose et endocytose dans des cultures cellulaires et dans des essais expérimentaux sur des souris transgéniques (Lee et al., 2008; Hansen et al., 2011).
Dat dit effectief mogelijk is door middel van exocytose en endocytose werd inmiddels aangetoond in celculturen en in dierexperimenteel onderzoek met transgene muizen (Lee et al., 2008; Hansen et al., 2011).

À la suite de l’émission de rayons bêta et gamma, le Co-60 devient du nickel, non radioactif (Hansen & Shaffer, 2001).
Co-60 vervalt met beta- en gamma-emissie naar het niet radio-actieve nikkel (Hansen & Shaffer, 2001).