Les patients présentant des niveaux d’anticorps faibles ou inexistants montraient une forte diminution du niveau de leur taux de GAGs urinaires ; à l’inverse, les patients présentant des titres d’anticorps élevés montraient une réduction variable de leur taux de GAGs urinaires.
Bij patiënten met geen of een laag aantal antilichamen werd een aanzienlijke verlaging van de GAG-uitscheiding in de urine vastgesteld, terwijl bij patiënten met hoge antilichaamtiters de afname van de GAG-uitscheiding in de urine wisselend was.