Vertaling van "isoniazide " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

isoniazide
isoniazide

produit contenant de l'isoniazide et du pyrazinamide et de la rifampicine sous forme orale
product dat isoniazide en pyrazinamide en rifampicine in orale vorm bevat

produit contenant de l'isoniazide
product dat isoniazide bevat

produit contenant de l'isoniazide et du pyrazinamide et de la rifampicine
product dat isoniazide en pyrazinamide en rifampicine bevat

produit contenant de l'isoniazide sous forme parentérale
product dat isoniazide in parenterale vorm bevat

produit contenant de l'isoniazide et de la rifampicine
product dat isoniazide en rifampicine bevat

intoxication par l'isoniazide
intoxicatie door isoniazide

produit contenant de l'éthambutol et de l'isoniazide
product dat ethambutol en isoniazide bevat

produit contenant de l'isoniazide sous forme orale
product dat isoniazide in orale vorm bevat

produit contenant de l'éthambutol et de l'isoniazide et du pyrazinamide et de la rifampicine
product dat ethambutol en isoniazide en pyrazinamide en rifampicine bevat

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

isoniazide, phénytoïne, phénobarbital, rifampicine, alcool): augmentation du risque d’hépatotoxicité du paracétamol
isoniazide, fenytoïne, fenobarbital, rifampicine, alcohol): verhoging van het risico van hepatotoxiciteit van paracetamol

L'isoniazide est un inhibiteur du CYP2C19 avec possibilité d'interactions (voir tableau Ib dans l’Introduction).
Isoniazide is een inhibitor van CYP2C19, met mogelijkheid van interacties (zie tabel Ib in Inleiding).

● Bases xanthiques, autres antiépileptiques et isoniazide : Des tests de suivi s’imposent en cas d’administration concomitante de fluconazole et de bases xanthiques, d’autres antiépileptiques et d’isoniazide.
Xanthinebasen, andere anti-epileptische geneesmiddelen en isoniazide: Er moeten opvolgtests worden uitgevoerd wanneer fluconazol wordt toegediend in combinatie met xanthinebasen, andere anti-epileptische geneesmiddelen en isoniazide.

IV § 17 J04AC hydrazides J04AC01 Isoniazide J04AM combinaison dans le traitement antituberculeux J04AM06 rifampicine + isoniazide CHAP.
IV § 17 J04AC hydraziden J04AC01 Isoniazide J04AM combinatie in de behandeling van tuberculose J04AM06 rifampicine + isoniazide HFDST.

moclobémide, oméprazole, pantoprazole, isoniazide, lansoprazole, phénobarbital, phénytoïne, proguanil, oméprazole, stiripentol, rabéprazole, stiripentol ticlopidine, topiramate, voriconazole
cimetidine, esomeprazol, rifampicine fluoxetine, fluvoxamine, isoniazide, lansoprazol, omeprazol, stiripentol, ticlopidine, topiramaat, voriconazol

Antibactériens: fréquemment, nitrofurantoïne et isoniazide; rarement, amphotéricine, éthambutol, métronidazole, streptomycine et sulfamidés (y compris sulfasalazine).
Antibacteriële middelen: frequent nitrofurantoïne en isoniazide; zelden: amfotericine, ethambutol, metronidazol, streptomycine en de sulfamiden (met inbegrip van sulfasalazine).

En cas de surdosage, l’alcool, les barbituriques, la phénytoïne, la carbamazépine et l’isoniazide pourraient majorer le risque hépatique.
Bij een overdosering kunnen alcohol, barbituraten, fenytoïne, carbamazepine en isoniazide het risico voor de lever vergroten.

- autres médicaments hépatotoxiques et inducteurs enzymatiques (carbamazépine, isoniazide, phénytoïne, phénobarbital, rifampicine, alcool): augmentation du risque d’hépatotoxicité du paracétamol
- andere hepatotoxische middelen en enzyminducerende middelen (carbamazepine, isoniazide, fenytoïne, fenobarbital, rifampicine, alcohol): verhoging van het risico van hepatotoxiciteit van paracetamol

Une carence peut également survenir en cas d’administration chronique d’isoniazide.
Deficiëntie komt ook voor bij chronische isoniazidetoediening.

Etre prudent en cas de prise simultanée d’autres médicaments hépatotoxiques tels que l’amiodarone, certains AINS (surtout le diclofénac et le sulindac), certains antiépileptiques, l’isoniazide, le kétoconazole, la rifampicine et la tolcapone (voir aussi le Répertoire Commenté des Médicaments).
Voorzichtigheid is geboden bij gelijktijdige behandeling met andere hepatotoxische geneesmiddelen, zoals amiodaron, bepaalde NSAID’s (vooral diclofenac en sulindac), bepaalde anti-epileptica, isoniazide, ketoconazol, rifampicine en tolcapon (zie ook het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium).