Traduction de «l’épirubicine peut induire » (Français → Néerlandais) :

Néanmoins, l’épirubicine peut induire une cardiotoxicité à des doses cumulatives peu élevées (< 900 mg/m 2 ), indépendamment de la présence de facteurs de risque cardiaque.
Cardiotoxiciteit bij epirubicine kan echter voorvallen bij lagere cumulatieve doses (< 900 mg/m 2 ) met of zonder cardiale risicofactoren.

Comme les autres agents cytotoxiques, l’épirubicine peut induire une hyperuricémie liée à la lyse rapide des cellules cancéreuses.
Zoals andere cytotoxica kan epirubicine hyperurikemie veroorzaken als gevolg van snelle lyse van neoplastische cellen.

Syndrome de lyse tumorale : Comme tout autre agent cytotoxique, l’épirubicine peut induire une hyperuricémie sous l’effet du catabolisme important de la purine accompagnant la lyse rapide des cellules néoplasiques induite par le médicament (syndrome de lyse tumorale).
Tumorlysissyndroom: Net als bij andere cytotoxica kan epirubicine hyperurikemie veroorzaken als gevolg van het extensieve purinekatabolisme dat gepaard gaat met een snelle geneesmiddelgeïnduceerde lysis van neoplastische cellen (tumorlysissyndroom).

Toxicité hématologique. Comme les autres agents cytotoxiques, l'épirubicine peut induire une myélosuppression.
Hematologische toxiciteit Evenals andere cytotoxica kan epirubicine myelosuppressie veroorzaken.

Voie intravésicale – L'administration d'épirubicine peut induire des symptômes de cystite chimique (tels qu’une dysurie, une polyurie, une nycturie, une strangurie, une hématurie, un inconfort vésical, une nécrose de la paroi vésicale) et une constriction vésicale.
Intravesicaal gebruik – Toediening van epirubicine kan leiden tot symptomen van chemische blaasontsteking (zoals dysurie, polyurie, nycturie, strangurie, hematurie, gevoelige blaas, necrose van de blaaswand) en blaasconstrictie.

Syndrome de lyse tumorale – En raison de l'important catabolisme de la purine qui accompagne la lyse rapide des cellules néoplasiques induite par le médicament (syndrome de lyse tumorale), l'épirubicine peut induire une hyperuricémie.
Tumorlysesyndroom - Epirubicine kan hyperuricemie induceren door het uitgebreide purinekatabolisme dat samengaat met de snelle lyse van neoplastische cellen die door het geneesmiddel geïnduceerd wordt (tumorlysesyndroom).

Cependant, l’épirubicine peut induire des épisodes de nausées et de vomissements pouvant altérer temporairement l’aptitude à conduire des véhicules ou à utiliser de machines.
Epirubicine kan perioden van misselijkheid en braken veroorzaken, die tijdelijk kunnen leiden tot een verminderd vermogen om auto te rijden of machines te bedienen.