Vertaling van "maximales plasmatiques moyennes " (Frans → Nederlands) :

Les concentrations maximales plasmatiques moyennes après la prise du matin étaient de 0,46 ng/ml et de 0,35 ng/ml après la prise de l'après-midi.
De gemiddelde piekplasmaconcentratie na de ochtenddosis was 0,46 ng/ml en na de middagdosis 0,35 ng/ml.

Après la prise de 200 mg toutes les 4 heures, la concentration plasmatique maximale moyenne à l’état d’équilibre (Css max) atteint 0,7 µg/ml et la concentration plasmatique moyenne à la vallée (Css min) atteint
Na inname van 200 mg, om de 4 uur, bedraagt de gemiddelde piekplasmaconcentratie in steady state (Css max.) 0,7 mcg/ml en de gemiddelde dalplasmaconcentratie (Css min.) 0,4 mcg/ml. Na inname van 400 en 800 mg om de 4 uur, bedragen deze waarden 1,2 mcg/ml – 1,8 mcg/ml en 0,6 – 0,9 mcg/ml respectievelijk.

Le temps nécessaire pour atteindre la concentration plasmatique moyenne maximale et la biodisponibilité sont fonction de l’interconversion systémique et du cycle entéro-hépatique du raloxifène et de ses métabolites glucuroconjugués.
De benodigde tijd tot de gemiddelde piekplasmaspiegel en de biologische beschikbaarheid zijn functies van systemische omzetting en de enterohepatische kringloop van raloxifene en haar glucuronide-metabolieten.

Les concentrations plasmatiques moyennes maximales étaient également plus élevés, avec 3 à 5 fois.
Gemiddelde piekplasmaconcentraties waren ook hoger, met 3 tot 5 keer.

Relations pharmacocinétique/pharmacodynamique Dans 10 essais cliniques, la médiane des concentrations plasmatiques moyennes et maximales chez les sujets pris individuellement était respectivement de 2425 ng/ml (écart interquartile : 1193 à 4380 ng/ml) et de 3742 ng/ml (écart interquartile : 2027 à 6302 ng/ml).
Farmacokinetische/farmacodynamische relatie In 10 therapeutische studies bedroeg de mediaan voor de gemiddelde en maximale plasmaconcentraties in individuele patiënten in alle studies respectievelijk 2425 ng/ml (interkwartielbereik 1193 tot 4380 ng/ml) en 3742 ng/ml (interkwartielbereik 2027 tot 6302 ng/ml).

Aucune relation positive n’a été observée entre les concentrations plasmatiques moyennes, maximales ou minimales du voriconazole et son efficacité dans les essais cliniques.
Er werd geen positief verband gevonden tussen de gemiddelde, maximale of minimale plasmaconcentraties van voriconazol en de werkzaamheid in behandelstudies.

Après administration d’une dose de 100 mg/m 2 en perfusion d’une heure, la concentration plasmatique moyenne maximale a atteint 3,7 μg/ml, avec une ASC correspondante de 4,6 h.μg/ml.
Na toediening van een dosis van 100 mg/m 2 als een 1-uurs infuus werd een gemiddelde piekplasmaconcentratie van 3,7 μg/ml bereikt met een corresponderende AUC van 4,6 uur.μg/ml.

Avec la metformine, il n'y a pas eu de modification de l'ASC, toutefois, la concentration plasmatique maximale moyenne de la metformine a diminué de 18 % en cas d'administration avec un repas.
Bij metformine werd geen verandering in de AUC waargenomen, hoewel de gemiddelde maximale serumconcentratie van metformine met 18% afnam wanneer dit met voedsel werd toegediend.

Une étude randomisée auprès de 17 enfants âgés de 4 à 12 ans (15 à 40 kg) présentant des antécédents de choc anaphylactique a démontré que la concentration plasmatique maximale moyenne en adrénaline est significativement plus élevée après administration intramusculaire dans la cuisse de 0,3 mg d’adrénaline au moyen d’un EpiPen ® qu’après administration souscutanée dans le bras de 0,01 mg/kg (maximum 0,3 mg) d’adrénaline.
In een gerandomiseerde studie bij 17 kinderen van 4 tot 12 jaar (15 tot 40kg) met een voorgeschiedenis van anafylaxie werd aangetoond dat de gemiddelde maximale adrenaline plasmaconcentratie significant hoger is na intramusculaire toediening in de dij van 0,3mg adrenaline met een EpiPen ® dan na subcutane toediening in de bovenarm van 0,01mg/kg (maximum 0,3 mg) adrenaline.

Pour vérifier la bioéquivalence, on compare les moyennes géométriques* de certains paramètres pharmacocinétiques (e.a. Area Under the Curve ou AUC, et concentration plasmatique maximale ou Cmax) des deux médicaments.
Om de bio-equivalentie na te gaan worden de geometrische gemiddelden* van een aantal farmacokinetische parameters (o.a. Area Under the Curve of AUC, en maximale plasmaconcentratie of Cmax) van de twee geneesmiddelen vergeleken.