Vertaling van "mirabilis salmonella shigella organismes " (Frans → Nederlands) :

P. mirabilis Salmonella Shigella Organismes résistants de façon inhérente Aérobies Gram-positif Enterococci Staphylococcus aureus (résistant à la méthicilline) Staphylococcus epidermidis (résistant à la méthicilline) Streptococcus pneumoniae (résistant à la pénicilline) Aérobies Gram-négatif Acinetobacter spp.
P. mirabilis Salmonella Shigella Inherent bestendige soorten Gram-positieve aërobe bacteriën Enterococci Staphylococcus aureus (resistent voor methicilline) Staphylococcus epidermidis (resistent voor methicilline) Streptococcus pneumoniae (resistent voor penicilline) Gram-negatieve aërobe bacteriën Acinetobacter spp.

- Modérément sensibles (CMI = 1-4 µg/ml): Pseudomonas aeruginosa, espèces de Proteus aussi bien indole négatif (P. mirabilis) qu'indole positif (P. vulgaris), Escherichia coli, Enterobacter, Serratia et Streptococcus, espèces de Salmonella, Shigella, Klebsiella.
- Matig gevoelig (MIC = 1-4 µg/ml): Pseudomonas aeruginosa, Proteus species zowel indoolnegatief (P. mirabilis) als indoolpositief (P. vulgaris), Escherichia coli, Enterobacter, Serratia en Streptococcus, Salmonella species, Shigella, Klebsiella.

Leptospira Mycoplasma (pneumoniae) Rickettsiae Treponema pallidum Ureaplasma (urealyticum) MICRO-ORGANISMES MOYENNEMENT SENSIBLES Micro-organismes Gram Positif aérobies: Bacillus anthracis Listeria monocytogenes Micro-organismes Gram Négatif aérobies: Escherichia coli Klebsiella pneumoniae Salmonella Shigella Micro-organismes anaérobies: Bacteroides et autres anaérobies stricts MICRO-ORGANISMES LE PLUS SOUVENT RESISTANTS (un test de sensibilité in vitro est nécessaire) Pseudomonas Proteus Serratia Providencia Enterococcus faecalis *Les données de résistance proviennent de sources limitées et devront être confirmées à l'avenir. Code ATC : J 01A A08
Aërobe grampositieve microorganismen: Bacillus anthracis Listeria monocytogenes Aërobe gramnegatieve microorganismen: Escherichia coli Klebsiella pneumoniae Salmonella Shigella Anaërobe micro-organismen: Bacteroides en andere strikte anaëroben MEESTAL RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN (een gevoeligheidstest in vitro is noodzakelijk) Pseudomonas Proteus Serratia Providencia Enterococcus faecalis *De resistentiegegevens zijn afkomstig van gelimiteerde bronnen en dienen in de toekomst te worden bevestigd.

Micro-organismes Gram Positif aérobies: Bacillus anthracis Listeria monocytogenes Micro-organismes Gram Négatif aérobies: Escherichia coli Klebsiella pneumoniae Salmonella Shigella Micro-organismes anaérobies: Bacteroides et autres anaérobies stricts MICRO-ORGANISMES LE PLUS SOUVENT RESISTANTS (un test de sensibilité in vitro est nécessaire) Pseudomonas Proteus Serratia Providencia Enterococcus faecalis *Les données de résistance proviennent de sources limitées et devront être confirmées à l'avenir. Code ATC : J 011A A08
Aërobe gramnegatieve microorganismen: Escherichia coli Klebsiella pneumoniae Salmonella Shigella Anaërobe micro-organismen: Bacteroides en andere strikte anaëroben MEESTAL RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN (een gevoeligheidstest in vitro is noodzakelijk) Pseudomonas Proteus Serratia Providencia Enterococcus faecalis * De resistentiegegevens zijn afkomstig van gelimiteerde bronnen en dienen in de toekomst te worden bevestigd.

ESPÈCES POUR LESQUELLES LA RÉSISTANCE ACQUISE PEUT POSER UN PROBLÈME Micro-organismes aérobies à Gram négatif: Brucella Escherichia coli Haemophilus influenzae Klebsiella pneumoniae Neisseria gonorrhoeae Pasteurella Salmonella Shigella Vibrio cholerae Micro-organismes anaérobies: Bacteroïdes et autres organismes anaérobies purs
MICRO-ORGANISMEN WAARVOOR VERWORVEN RESISTENTIE EEN PROBLEEM KAN ZIJN Aërobe grampositieve micro-organismen: Bacillus anthracis Listeria monocytogenes Staphylococcus aureus Streptococcus epidermidis Streptococcus pneumoniae Streptococcus pyogenes Streptococcus viridans

chez les patients atteints d'une entérocolite bactérienne provoquée par des organismes invasifs, y compris Salmonella, Shigella et Campylobacter ;
- bij patiënten met bacteriële enterocolitis veroorzaakt door invasieve organismen, met inbegrip van Salmonella, Shigella en Campylobacter;

Chez les patients atteints d'une inflammation bactérienne du gros intestin et/ou de l’intestin grêle provoquée par des organismes invasifs, y compris Salmonella, Shigella et Campylobacter ;
Bij patiënten met bacteriële ontsteking van de dikke en/of dunne darm veroorzaakt door invasieve organismen, met inbegrip van Salmonella, Shigella en Campylobacter;