En cas de diminution des plaquettes à < 100 000/mm 3 confirmée, ou en cas de survenue d’une thrombocytopénie aiguë profonde, l’arrêt du ou des médicament(s) ayant des effets thrombocytopéniques connus ou suspectés, y compris l’eptifibatide, l’héparine et le clopidogrel, doit être immédiatement envisagé.
Als vastgesteld is dat het aantal trombocyten tot < 100.000/mm 3 gedaald is of als een acute ernstige trombocytopenie wordt waargenomen, moet staken van de toediening van elk geneesmiddel dat bekende of vermoede trombocytopene effecten heeft, waaronder eptifibatide, heparine en clopidogrel, onmiddellijk worden overwogen.