de l'aménorrhée, ont été très fréquents (≥ 10%) au cours du cycle 1 (dysménorrhée (40,4%) ; nausées (29,1%) ; métrorragies (26,3%) ; troubles gastro-intestinaux (signalés comme nausées ou vomissements) (24,6%) ; saignement de privation anormal (16,9%) ; et vomissements (7,0%)).
Op basis van de samengevoegde veiligheidsgegevens uit deze klinische onderzoeken, waren de vaakst gemelde (dit is incidentie ≥5%) bijwerkingen (met % incidentie) hoofdpijn (27,9%), vaginale infectie (7,5%), genitale afscheiding (6,0%) en borstpijn (5,7%). Alle bijwerkingen per cyclus, behalve amenorroe, kwamen zeer vaak (≥10%) voor in cyclus 1 (dysmenorroe (40,4%); nausea (29,1%); metrorragie (26,3%); maagdarmstelselaandoeningen (gemeld als nausea of braken) (24,6%); abnormale onttrekkingsbloeding (16,9%); en braken (7,0%)).