Les valeurs moyennes (% CV) de la C max et de l’ASC 0-∞ du ténofovir ont été respectivement de 223 (34,8 %) ng/ml et 2 050 (50,8 %) ngh/ml chez les sujets normaux contre respectivement 289 (46,0 %) ng/ml et 2 310 (43,5 %) ngh/ml chez les sujets ayant une insuffisance hépatique modérée et 305 (24,8 %) ng/ml et 2 740 (44,0 %) ngh/ml chez ceux ayant une insuffisance hépatique sévère.
De gemiddelde (%CV) tenofovir C max - en AUC 0-∞ -waarden waren bij personen met een normale leverfunctie respectievelijk 223 (34,8%) ng/ml en 2.050 (50,8%) ngh/ml in vergelijking met 289 (46,0%) ng/ml en 2.310 (43,5%) ngh/ml bij personen met een matig-ernstige leverfunctiestoornis en 305 (24,8%) ng/ml en 2.740 (44,0%) ngh/ml bij personen met een ernstige leverfunctiestoornis.