Vertaling van "normale lsn une myoglobinémie " (Frans → Nederlands) :

L’atorvastatine, comme les autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, peut, dans de rares cas, affecter les muscles squelettiques et entraîner des myalgies, des myosites et des myopathies qui peuvent évoluer vers une rhabdomyolyse potentiellement fatale caractérisée par des taux élevés de créatine phosphokinase (CPK) (> 10 fois la limite supérieure de la normale LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant entraîner une insuffisance rénale.
Evenals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen invloed hebben op de skeletspieren en myalgie, myositis en myopathie veroorzaken, wat kan verergeren tot rabdomyolyse, een potentieel levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door duidelijk verhoogde creatinekinase (CK) spiegels (> 10 maal ULN), myoglobinemie en myoglobinurie wat tot nierfalen kan leiden.

Effets sur les muscles squelettiques L’atorvastatine, comme les autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, peut, dans de rares cas, affecter les muscles squelettiques et entraîner des myalgies, des myosites et des myopathies qui peuvent évoluer vers une rhabdomyolyse potentiellement fatale caractérisée par des taux élevés de créatine phosphokinase (CPK) (> 10 fois la limite supérieure de la normale LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant entraîner une insuffisance rénale.
Invloed op de skeletspieren Evenals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen invloed hebben op de skeletspieren en myalgie, myositis en myopathie veroorzaken, wat kan verergeren tot rabdomyolyse, een potentieel levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door duidelijk verhoogde creatinekinase (CK) spiegels (> 10 maal ULN), myoglobinemie en myoglobinurie wat tot nierfalen kan leiden.

L'atorvastatine, comme les autres inhibiteurs de l'HMG-CoA réductase, peut, dans de rares cas, affecter les muscles squelettiques et entraîner des myalgies, des myosites et des myopathies qui peuvent évoluer vers une rhabdomyolyse potentiellement fatale caractérisée par des taux élevés de créatine phosphokinase (CPK) (> 10 fois la limite supérieure de la normale LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant entraîner une insuffisance rénale.
Evenals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen invloed hebben op de skeletspieren en myalgie, myositis en myopathie veroorzaken, wat kan verergeren tot rabdomyolyse, een potentieel levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door duidelijk verhoogde creatinekinase (CK) spiegels (> 10 maal ULN), myoglobinemie en myoglobinurie wat tot nierfalen kan leiden.

Effets sur les muscles squelettiques L’atorvastatine, comme les autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, peut, dans de rares cas, affecter les muscles squelettiques et entraîner des myalgies, des myosites et des myopathies qui peuvent évoluer vers une rhabdomyolyse potentiellement fatale caractérisée par des taux élevés de créatine phosphokinase (CPK) (> 10 fois la LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant entraîner une insuffisance rénale.
Invloed op de skeletspieren Zoals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen invloed hebben op skeletspieren en myalgie, myositis en myopathie veroorzaken, wat kan verergeren tot rhabdomyolyse, een potentieel levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door duidelijk verhoogde creatinekinase (CK) spiegels (> 10 maal ULN), myoglobinemie en myoglobinurie wat tot nierfalen kan leiden.

Effets sur le muscle squelettique Comme les autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, l’atorvastatine peut rarement affecter le muscle squelettique et causer des myalgies, une myosite et une myopathie pouvant évoluer vers une rhabdomyolyse, une affection potentiellement fatale se caractérisant par une élévation marquée des taux de créatine phosphokinase (CPK) (> 10 fois la LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant donner lieu à une insuffisance rénale.
Invloed op de skeletspieren Evenals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen invloed hebben op de skeletspieren en myalgie, myositis en myopathie veroorzaken, die kunnen evolueren tot rabdomyolyse, een potentieel levensbedreigende aandoening die gekenmerkt wordt door duidelijk verhoogde creatinekinase(CK)-spiegels (> 10 maal ULN), myoglobinemie en myoglobinurie wat tot nierfalen kan leiden.

Comme les autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, l’atorvastatine peut, dans de rares cas, affecter les muscles squelettiques et provoquer une myalgie, une myosite et une myopathie, qui peuvent évoluer en une rhabdomyolyse, une maladie potentiellement létale caractérisée par un taux très élevé de créatine kinase (CK) (> 10 fois la LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie pouvant induire une insuffisance rénale.
Zoals andere HMG-coA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen de skeletspieren aantasten en spierpijn, myositis en een myopathie veroorzaken die kan verergeren naar rabdomyolyse, een mogelijk levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door sterk verhoogde creatinekinasespiegels (CK) (> 10-maal BLN), myoglobinemie en myoglobinurie, die kan leiden tot nierfalen.

Comme d’autres inhibiteurs de l’HMG-CoA réductase, l’atorvastatine peut dans de rares cas affecter les muscles squelettiques et provoquer des myalgies, une myosite et une myopathie pouvant déboucher sur une rhabdomyolyse, une affection potentiellement mortelle caractérisée par une élévation marquée des taux de créatine kinase (CK) (> 10 fois la LSN), une myoglobinémie et une myoglobinurie, pouvant entraîner une insuffisance rénale.
Zoals andere HMG-CoA-reductaseremmers kan atorvastatine in zeldzame gevallen de skeletspieren aantasten en spierpijn, myositis en een myopathie veroorzaken die kan verergeren naar rabdomyolyse, een mogelijk levensbedreigende aandoening die wordt gekenmerkt door sterk verhoogde creatinekinasespiegels (CK) (> 10 x BLN), myoglobinemie en myoglobinurie, die kan leiden tot nierfalen.

En cas d’élévation de la bilirubine > 3 x la limite supérieure de la normale (LSN) fournie par le laboratoire d’analyses ou des transaminases > 5 x la LSN, Glivec doit être interrompu jusqu’à un retour de la bilirubine à un taux < 1,5 x la LSN et des transaminases à un taux < 2,5 x la LSN.
Indien verhogingen van bilirubine > 3 x de “institutional upper limit of normal (IULN)” of van levertransaminasen > 5 x IULN optreden, moet Glivec gestopt worden tot de bilirubinewaarden tot een niveau < 1,5 x IULN zijn teruggekeerd en de transaminasewaarden tot < 2,5 x IULN.

Si le rapport créatinine/protéines urinaires est supérieur à 2, ou si la créatinine est supérieure à 1,5 fois la limite supérieure de la normale (LSN), ou si l’albumine est inférieure à 0,75 fois la limite inférieure de la normale (LIN), ou si le taux d’azote uréique sanguin est supérieur à 1,5 fois la LSN, il convient d’arrêter le traitement.
Als de UPC-verhouding > 2, of creatinine > 1,5 de bovengrens van het normale bereik (ULN) of albumine < 0,75 de ondergrens van het normale bereik (LLN) of het ureumgebonden stikstof in het bloed (BUN) > 1,5 ULN, dient de behandeling te worden gestaakt.

Elévation des transaminases hépatiques : en cas d'élévation des transaminases hépatiques > 5 x la limite supérieure de la normale (LSN), le traitement par bosutinib doit être interrompu jusqu'à un retour à un taux ≤ 2,5 x LSN, et pourra être repris à une dose de 400 mg une fois par jour.
Verhoogde levertransaminasen: indien zich verhogingen in levertransaminasen voordoen > 5 x de institutionele bovengrens van normaal (ULN), dient het gebruik van bosutinib te worden onderbroken tot herstel tot ≤ 2,5 x ULN en kan dit vervolgens worden hervat met 400 mg eenmaal daags.