Une étude de carcinogénicité a révélé une augmentation de l’incidence de phéochromocytome chez les rats mâles, ainsi que des adénomes mammaires, des tumeurs pulmonaires et des polypes utérins bénins chez la souris, mais uniquement en cas d’utilisation de fortes doses orales.
Carcinogeniciteitsonderzoek leidde tot een verhoogde incidentie van feochromocytoom bij mannelijke ratten, en borstadenomen, longtumoren en goedaardige uteruspoliepen bij muizen, maar alleen bij hoge orale dosissen.