Selon ces bonnes pratiques, le pharmacien doit non seulement vérifier si les médicaments prescrits sont les produits les plus appropriés pour le patient (sans préjudice de la liberté thérapeutique du prescripteur) mais, de manière générale, fournir également au patient toutes les informations nécessaires en relation avec l’amélioration de sa santé et la prévention des maladies ou, plus généralement, l’amélioration de sa qualité de vie.
Volgens deze goede praktijken moet de apotheker niet enkel nagaan of de voorgeschreven geneesmiddelen voor de patiënt de meest aangewezen producten zijn (zonder daarbij afbreuk te doen aan de therapeutische vrijheid van de voorschrijver), maar in het algemeen ook aan de patiënt alle nodige informatie verschaffen in verband met diens gezondheidsbevordering en ziektepreventie of, nog algemener, ter verbetering van diens levenskwaliteit.